Het gaat niet om het vinden van het "beste" pad in unieke zin, maar over het vinden van het optimale pad Voor elk specifiek gegevenspakket. Routers gebruiken verschillende algoritmen en factoren om deze beslissingen te nemen, en het proces evolueert voortdurend.
Hier is een uitsplitsing van hoe routers paden bepalen:
1. Routingprotocollen:
* Afstandsvectorprotocollen (RIP, RIPNG): Routers delen hun afstand tot een bestemmingsnetwerk met buren. Deze afstand is gebaseerd op "hoptelling" (aantal routers tussen bron en bestemming).
* Link-State Protocols (OSPF, IS-IS): Elke router bouwt een complete kaart van het netwerk op basis van informatie van zijn buren. Dit zorgt voor meer accurate padberekeningen.
* Path Vector -protocollen (BGP): Gebruikt voor het routeren tussen autonome systemen (grote netwerkdomeinen zoals ISP's). BGP beschouwt een breed scala aan factoren, waaronder beleid, verkeersbelasting en netwerkgezondheid.
2. Routetabel:
* Elke router onderhoudt een routeringstabel, die bestemmingsnetwerken toewijst aan de volgende hoprouter om ze te bereiken.
* Deze tabel is gebouwd en bijgewerkt door de routeringsprotocollen.
3. Padselectiecriteria:
* hoptelling: Het aantal routers dat een pakket moet doorkruisen (gebruikt in afstandsvectorprotocollen).
* bandbreedte: De beschikbare capaciteit op het netwerkpad.
* latentie: De tijd die een pakket nodig heeft om door het netwerk te reizen.
* kosten: Een metriek die wordt gedefinieerd door netwerkbeheerders, die vaak reflecteert dat factoren zoals bandbreedte en latentie.
* beleid: Netwerkbeheerders kunnen specifiek routeringsbeleid definiëren (bijv. Bepaald verkeer moet via een specifiek pad worden geleid).
4. Dynamische padaanpassing:
* Routers controleren voortdurend netwerkomstandigheden en passen hun routeringstabellen dienovereenkomstig aan.
* Dit zorgt ervoor dat pakketten worden geleid langs het meest optimale pad op basis van de huidige netwerkomstandigheden.
Samenvattend gebruiken routers een combinatie van routeringsprotocollen, routeringstabellen, padselectiecriteria en dynamische aanpassing om het beste pad voor elk gegevenspakket te bepalen. Het "beste" pad is niet statisch, maar verandert eerder op basis van verschillende netwerkfactoren en beheerdersbeleid. |