Besturingssystemen (OS) zijn de fundamentele software die computerhardware en softwarebronnen beheert en algemene services voor computerprogramma's levert. Ze fungeren als tussenpersoon tussen de gebruiker en de hardware, waardoor gebruikers met de computer kunnen communiceren en applicaties kunnen uitvoeren zonder de complexiteit van de onderliggende hardware te hoeven begrijpen.
Er zijn verschillende manieren om besturingssystemen te categoriseren, maar hier volgen enkele veelvoorkomende typen:
Gebaseerd op het aantal gebruikers en taken:
* Enkele gebruiker, enkele taak: Met deze systemen kan slechts één gebruiker één taak tegelijk uitvoeren. Ze zijn eenvoudig en waren gebruikelijk in de vroege computertijd. Voorbeelden hiervan zijn enkele embedded systemen.
* Single-user, multi-tasking: Eén gebruiker kan meerdere programma's tegelijkertijd uitvoeren. Het besturingssysteem beheert de uitvoering van de programma's en schakelt snel tussen de programma's om de illusie van parallelle verwerking te wekken. Veel pc-besturingssystemen (zoals oudere versies van Windows of macOS) werkten op deze manier, hoewel moderne versies zijn geëvolueerd naar multitasking-systemen die meerdere gebruikers kunnen ondersteunen.
* Multi-user, multi-tasking: Met deze systemen kunnen meerdere gebruikers meerdere programma's tegelijkertijd uitvoeren. Het besturingssysteem beheert bronnen en gebruikerstoegang om eerlijk delen en veiligheid te garanderen. De meeste moderne serverbesturingssystemen en veel desktopbesturingssystemen vallen in deze categorie (bijvoorbeeld Windows Server, macOS Server, Linux-distributies).
Gebaseerd op de onderliggende architectuur:
* Realtime besturingssystemen (RTOS): Deze systemen zijn ontworpen voor toepassingen die een zeer nauwkeurige timing en reactievermogen vereisen, zoals industriële besturingssystemen, robotica en ingebedde systemen. Ze garanderen een reactie binnen een bepaald tijdsbestek.
* Batchbesturingssystemen: Deze verwerken taken opeenvolgend, de een na de ander. Ze zijn niet interactief en waren gebruikelijk in eerdere computertijdperken.
* Time-sharing besturingssystemen: Hierdoor kunnen meerdere gebruikers gelijktijdig de bronnen van de computer delen. Dit is de basis voor de meeste moderne multi-user systemen.
Gebaseerd op de gebruikersinterface:
* Opdrachtregelinterface (CLI): Gebruikers communiceren met het besturingssysteem via tekstopdrachten. Dit is efficiënt voor ervaren gebruikers, maar kan een uitdaging zijn voor beginners. Veel serverbesturingssystemen zijn sterk afhankelijk van CLI's.
* Grafische gebruikersinterface (GUI): Gebruikers communiceren met het besturingssysteem via visuele elementen zoals vensters, pictogrammen en menu's. Dit is over het algemeen gebruiksvriendelijker dan een CLI. De meeste moderne desktop-besturingssystemen gebruiken GUI's.
Specifieke voorbeelden van besturingssysteemfamilies:
* Windows (Microsoft): Een veelgebruikte familie van eigen besturingssystemen voor personal computers en servers.
* macOS (Apple): Een eigen besturingssysteem voor Apple-computers.
* Linux: Een familie van open-source besturingssystemen die bekend staan om hun flexibiliteit en aanpassingsvermogen. Er bestaan veel distributies (Ubuntu, Fedora, Debian, etc.), elk met zijn eigen focus en kenmerken.
* Android (Google): Een mobiel besturingssysteem gebaseerd op een aangepaste versie van de Linux-kernel.
* iOS (Apple): Een mobiel besturingssysteem voor Apple-apparaten.
* Chrome OS (Google): Een lichtgewicht besturingssysteem dat voornamelijk is ontworpen voor webapplicaties.
* Unix: Een familie van multitasking besturingssystemen voor meerdere gebruikers die vele andere besturingssystemen hebben beïnvloed. Het is nu minder gebruikelijk als zelfstandig besturingssysteem, maar diende als basis voor vele andere.
Dit is geen uitputtende lijst, maar omvat de belangrijkste categorieën en voorbeelden van besturingssystemen. De specifieke kenmerken en mogelijkheden van een besturingssysteem variëren sterk, afhankelijk van het beoogde doel en ontwerp. |