Met de taakbalk kunt u:
* Toepassingen starten: Klik op een applicatiepictogram om deze te openen.
* Schakelen tussen applicaties: Klik op het pictogram of de miniatuur van een applicatie in de taakbalk om deze naar de voorgrond te brengen.
* Aanvragen minimaliseren: Klik op de minimaliseerknop van een venster om het te verkleinen tot een pictogram op de taakbalk.
* Geminimaliseerde applicaties herstellen: Klik op het pictogram van een geminimaliseerde applicatie op de taakbalk om deze naar de vorige grootte en positie te herstellen.
* Sluit applicaties: Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van een applicatie en selecteer "Sluiten" (of klik op de 'x' in het applicatievenster zelf).
* Toegang tot het Startmenu: Klik op de Start-knop (meestal een Windows-logo) om toegang te krijgen tot het Start-menu, dat toegang biedt tot veel systeemfuncties en toepassingen.
* Bekijk pictogrammen in het systeemvak: Het systeemvak (vaak aan de rechterkant van de taakbalk) toont pictogrammen voor systeemtoepassingen en achtergrondprocessen, zodat u snel toegang hebt tot instellingen of meldingen.
* Zoeken: Met de zoekbalk (vaak geïntegreerd in de taakbalk) zoek je snel naar bestanden, applicaties of instellingen.
* Gebruik virtuele desktops (in sommige besturingssystemen): Beheer en schakel tussen meerdere virtuele desktops voor een betere organisatie.
* Toepassingen vastzetten: Maak veelgebruikte applicaties vast aan de taakbalk voor gemakkelijke toegang.
* De taakbalk aanpassen: Wijzig de grootte, locatie en welke pictogrammen worden weergegeven.
De exacte beschikbare functies kunnen enigszins variëren, afhankelijk van het besturingssysteem (Windows, macOS, enz.) en de versie ervan. |