Het creëren van een definitieve "van oud naar nieuw"-lijst van *alle* videokaarttechnologieën is onmogelijk vanwege het grote aantal stapsgewijze verbeteringen en overlappende technologieën. We kunnen de belangrijkste ontwikkelingen en tijdperken echter in grofweg chronologische volgorde opsommen:
Vroege stadia (vóór jaren negentig):
* Monochroom/CGA/EGA/VGA: Dit waren geen "kaarten" in de moderne zin van het woord, maar eerder geïntegreerde schakelingen of relatief eenvoudige uitbreidingskaarten die basisafbeeldingen verwerkten. Zij vertegenwoordigen de fundamentele stappen.
* Eigen chipsets: Veel vroege grafische kaarten gebruikten unieke chipsets van verschillende fabrikanten (bijvoorbeeld de vroege Tseng Labs, Paradise). Het is lastig om hierin een exacte volgorde aan te wijzen.
Versnelde 2D-graphics (jaren 90):
* VGA-gebaseerde versnellers: Kaarten die de prestaties verbeterden ten opzichte van standaard VGA.
* Super VGA (SVGA): Hogere resolutie dan VGA.
* Lokale bus (VLB, PCI): Deze busstandaarden verbeterden de prestaties aanzienlijk ten opzichte van ISA. Het waren zelf geen grafische technologieën, maar maakten snellere grafische kaarten mogelijk.
* Windows-versnellers: Kaarten die zijn ontworpen om de Windows-prestaties te verbeteren (veel vertrouwden nog steeds op de VGA-kernfunctionaliteit).
3D-versnelling begint (midden jaren negentig - begin jaren 2000):
* S3 Trio64, ATI Mach64: Vroege 2D/3D-versnellers; De prestaties waren nog steeds relatief laag.
* RenderMan: (Meer een rendering-API dan een technologie zelf) Dit werd een aanzienlijke invloed op de ontwikkeling van 3D-graphics, hoewel de implementatie ervan sterk varieerde op hardware.
* OpenGL: De eerste algemeen aanvaarde 3D grafische API. Hardware-implementaties kwamen later.
* DirectX: De 3D grafische API van Microsoft wordt dominant in de pc-gamingruimte.
* AGP (Accelerated Graphics Port): Een bus die speciaal is ontworpen om de grafische prestaties van 3D te verbeteren.
* NVIDIA GeForce 256: Algemeen gezien als de eerste echte GPU (Graphics Processing Unit).
* ATI Radeon 8500: Een sterke concurrent van vroege GeForce-kaarten.
Moderne tijd (jaren 2000 - heden):
* PCI Express (PCIe): De dominante businterface voor grafische kaarten.
* Evolutie van het Shader-model (1.x, 2.0, 3.0, 4.0, 5.0, 6.0, enz.): Incrementele verbeteringen aan de programmeerbare schaduwmogelijkheden van GPU's.
* Tessellation, Geometry Shaders: Geavanceerde shader-fasen voor verhoogde grafische betrouwbaarheid.
* Compute Shaders/GPGPU (General-Purpose computing op grafische verwerkingseenheden): GPU's die worden gebruikt voor taken die verder gaan dan alleen grafische weergave.
* Raytracing: Realtime raytracing wordt steeds gebruikelijker.
* DLSS (Deep Learning Super Sampling), FSR (FidelityFX Super Resolution): Opschaling van technologieën om de prestaties te verbeteren.
* Variable Rate Shading (VRS), Mesh Shaders: Technieken voor het optimaliseren van de prestaties en weergavekwaliteit.
* Realtime raytracing met AI-versnelling: Integratie van AI en ray tracing voor een nog realistischere weergave.
Deze lijst is niet uitputtend en er kunnen nog veel andere technologieën en stapsgewijze verbeteringen aan worden toegevoegd. De overgang tussen tijdperken is ook geleidelijk en wazig. Specifieke chipsets en productnamen binnen elk tijdperk zijn talrijk en zouden de lijst te lang maken. De focus ligt hier op grote technologische verschuivingen. |