Rasterscansystemen zijn een fundamentele technologie bij het weergeven van afbeeldingen, vooral op schermen. Hun belangrijkste kenmerken zijn onder meer:
* Afbeeldingen maken via scannen: Een rasterscansysteem creëert een afbeelding door het weergavegebied regel voor regel, van boven naar beneden, te scannen. Elke lijn is samengesteld uit afzonderlijke pixels (beeldelementen).
* Pixelgebaseerde afbeelding: Het beeld is in wezen een raster van pixels, elk met zijn eigen kleur- en intensiteitswaarde. De resolutie van de afbeelding wordt bepaald door het aantal pixels per lijn en het aantal lijnen in de gehele afbeelding. Een hogere pixeldichtheid leidt tot een hogere resolutie en scherpere beelden.
* Sequentieel scannen: Het proces is sequentieel; de elektronenbundel (in CRT's) of lichtbron (in LCD's, LED's enz.) beweegt systematisch over elke lijn en springt vervolgens terug naar het begin van de volgende lijn. Dit wordt continu herhaald om het beeld te verversen. De snelheid waarmee dit gebeurt, is de vernieuwingsfrequentie.
* Geïnterlinieerd en progressief scannen: Er bestaan twee belangrijke scanmethoden:
* Geïnterlinieerd scannen: De oneven genummerde regels worden eerst gescand, daarna de even genummerde regels. Dit vermindert flikkering, maar kan resulteren in een iets minder scherp beeld. Oudere CRT-televisies maakten vaak gebruik van deze methode.
* Progressief scannen: Lijnen worden opeenvolgend, de een na de ander, van boven naar beneden gescand. Dit resulteert in een scherper beeld met minder flikkering. Moderne displays maken hier voornamelijk gebruik van.
* Resolutieafhankelijkheid van het aantal pixels: De ruimtelijke resolutie is rechtstreeks gekoppeld aan het aantal pixels. Meer pixels betekenen een hogere resolutie en fijnere details.
* Eenvoudige adressering: Elke pixel heeft een uniek adres op basis van de rij- en kolompositie in het raster, waardoor het eenvoudig is om afzonderlijke pixels te manipuleren.
* Gegevensrepresentatie: Beeldgegevens worden opgeslagen als een matrix van pixelwaarden, doorgaans numeriek weergegeven (bijvoorbeeld RGB-waarden voor kleur).
* Geschikt voor digitaal en analoog: Hoewel sterk geassocieerd met analoge technologieën (zoals oudere CRT-monitoren), past de rasterscantechnologie zich goed aan digitale beelden en weergavetechnologieën aan.
In tegenstelling tot vector grafische systemen, die afbeeldingen opslaan als verzamelingen lijnen en curven, zijn rasterafbeeldingen op pixels gebaseerd en dus beter geschikt voor afbeeldingen met complexe details en fotografisch realisme. Ze zijn echter gevoelig voor aliasing (traptrede-effecten) en schalingsproblemen, omdat het vergroten van een rasterafbeelding vaak tot pixelvorming leidt. |