Tijdens normaal gebruik bevat RAM (Random Access Memory) de gegevens en instructies die de computer momenteel gebruikt. Dit omvat:
* Het besturingssysteem (OS): Delen van het besturingssysteem die actief worden gebruikt, worden in het RAM geladen.
* Toepassingen uitvoeren: De programma's die u momenteel gebruikt, bevinden zich samen met hun gegevens in het RAM-geheugen.
* Gegevens die worden verwerkt: Alle gegevens waarmee de computer op dat moment werkt (bijvoorbeeld een document dat u aan het bewerken bent, een berekening die wordt uitgevoerd) worden opgeslagen in het RAM-geheugen.
* Buffers: Tijdelijke opslaggebieden die worden gebruikt voor het overbrengen van gegevens tussen verschillende delen van het systeem (bijvoorbeeld het overbrengen van gegevens van de harde schijf naar een applicatie).
* Systeemcaches: Veelgebruikte gegevens worden opgeslagen in het cachegeheugen (een soort RAM) zodat ze sneller kunnen worden opgehaald.
Het is belangrijk op te merken dat RAM vluchtig geheugen is. Dit betekent dat wanneer de computer wordt uitgeschakeld, de inhoud van het RAM-geheugen wordt gewist. Gegevens die moeten worden bewaard, moeten worden opgeslagen op niet-vluchtige opslag zoals een harde schijf, SSD of cloudopslag. |