Hoewel zowel supercomputers als mainframes krachtige computersystemen zijn, hebben ze verschillende kenmerken en dienen ze verschillende doeleinden:
Supercomputers:
* Ontworpen voor: High-performance Computing (HPC) -taken zoals wetenschappelijke simulaties, gegevensanalyse en kunstmatige intelligentie.
* architectuur: Zeer parallelle verwerking, vaak met duizenden of zelfs miljoenen processors die samenwerken.
* focus: Massieve rekenkracht voor complexe, computationeel intensieve problemen.
* Typische use cases: Weersvoorspelling, drugsontdekking, financiële modellering, ruimte -exploratie.
* Voorbeeld: Summit, Frontier, Fugaku.
mainframes:
* Ontworpen voor: Transactieverwerking, gegevensbeheer en grootschalige enterprise-applicaties.
* architectuur: Gecentraliseerd, met hoge beschikbaarheid en betrouwbaarheid.
* focus: Hoge doorvoer, stabiliteit en beveiliging voor grootschalige, missiekritieke applicaties.
* Typische use cases: Banksystemen, reserveringssystemen voor luchtvaartmaatschappijen, gegevensverwerking van de overheid.
* Voorbeeld: IBM Z15, IBM Z16.
Hier is een tabel die de belangrijkste verschillen samenvat:
| Feature | Supercomputer | Mainframe |
| --- | --- | --- |
| doel | High-performance computing | Transactieverwerking, gegevensbeheer |
| architectuur | Zeer parallelle verwerking | Gecentraliseerd, hoge beschikbaarheid |
| focus | Massieve rekenkracht | Hoge doorvoer, stabiliteit, beveiliging |
| Typische use cases | Wetenschappelijke simulaties, data -analyse, AI | Banksystemen, luchtvaartreserveringen, gegevensverwerking van de overheid |
| kosten | Extreem duur | Dure maar minder dan supercomputers |
| schaalbaarheid | Zeer schaalbaar | Minder schaalbaar |
In wezen worden supercomputers gebouwd voor snelheid en stroom, terwijl mainframes prioriteit geven aan stabiliteit, beveiliging en betrouwbaarheid voor grootschalige, continue bewerkingen. |