Toetsenbord:
Een toetsenbord is het meest gebruikte apparaat voor het invoeren van gegevens in de vorm van tekens. Het bestaat uit verschillende toetsen met symbolen en letters die kunnen worden ingedrukt om tekst, cijfers en symbolen in een computer in te voeren.
Muis:
Hoewel ze voornamelijk worden gebruikt voor aanwijzen en klikken, kunnen sommige muisapparaten ook tekens invoeren. Dit wordt vaak gedaan door bepaalde knoppen of gebaren op de muis toe te wijzen aan specifieke tekens of opdrachten.
Touchscreen:
Met touchscreen-apparaten, zoals smartphones en tablets, kunnen gebruikers tekens invoeren door het scherm rechtstreeks met hun vingers aan te raken. Virtuele toetsenborden worden meestal op het scherm weergegeven en gebruikers kunnen op de toetsen tikken om te typen.
Stylus:
Een stylus is een penachtig apparaat dat kan worden gebruikt om tekens op touchscreens in te voeren. Stylussen zijn vaak nauwkeuriger dan vingers en kunnen worden gebruikt voor handschriftherkenning of tekenen.
Barcodescanner:
Barcodescanners zijn apparaten die worden gebruikt om de gegevens die in streepjescodes zijn gecodeerd, te lezen en te interpreteren. Ze voeren de gegevens in de streepjescode in het computersysteem in, meestal in de vorm van tekens of cijfers.
Magnetische kaartlezer:
Magnetische kaartlezers zijn apparaten die worden gebruikt om gegevens te lezen die zijn opgeslagen op magnetische kaarten, zoals creditcards of identiteitskaarten. Ze voeren de gegevens van de magneetstrip op de kaart in het computersysteem in, meestal in de vorm van tekens of cijfers.
Smartcardlezer:
Smartcardlezers zijn apparaten die worden gebruikt om gegevens te lezen die zijn opgeslagen op smartcards. Deze zijn geavanceerder dan magnetische kaarten en kunnen een grotere hoeveelheid gegevens bevatten. Ze voeren de gegevens van de smartcard in het computersysteem in, meestal in de vorm van tekens of cijfers. |