Een harde schijf (HDD) is in de eerste plaats sequentiële toegang , maar met de mogelijkheid voor willekeurige toegang .
Dit is waarom het een beetje genuanceerd is:
* sequentiële toegang: Gegevens worden opgeslagen op concentrische sporen en sectoren. Om gegevens te lezen moet de lees-/schrijfkop fysiek naar het juiste spoor bewegen en vervolgens de gegevens uit de sectoren opeenvolgend lezen. Het lezen van gegevens in de volgorde waarin ze zijn opgeslagen, is veel sneller dan rondspringen. Daarom is sequentiële toegang sneller.
* Willekeurige toegang: Hoewel de fysieke beweging van het hoofd langzaam is (zoektijd), regelt de controller van de HDD dit en kan naar elk nummer en elke sector springen. Dit maakt het *in staat* tot willekeurige toegang, hoewel aanzienlijk langzamer dan sequentieel. Het besturingssysteem verwerkt deze complexiteit, zodat applicaties zich niet bewust hoeven te zijn van de onderliggende mechanismen.
Hoewel een HDD willekeurige toegang kan uitvoeren, maakt de onderliggende architectuur hem fundamenteel efficiënter bij sequentiële toegang. Het snelheidsverschil tussen sequentiële en willekeurige toegang kan aanzienlijk zijn. |