De processor is geen enkele opdracht om te wachten tot langzamere apparaten inhalen. De manier om met deze situatie om te gaan hangt af van de specifieke hardware en software. Hier is een uitsplitsing van gemeenschappelijke benaderingen:
1. Synchronisatiemechanismen:
* semaforen/mutexes: Gebruikt voor het coördineren van de toegang tot gedeelde bronnen. Deze mechanismen geven aan wanneer een langzamer apparaat zijn werking heeft beëindigd, waardoor de processor kan doorgaan.
* Barrières: Vergelijkbaar met semaforen, maar laten meerdere processen of threads wachten tot iedereen een specifiek punt heeft bereikt. Dit is handig voor het coördineren van taken die afhankelijk zijn van meerdere apparaten.
* onderbrekingen: Lagere apparaten kunnen de processor signaleren wanneer ze klaar zijn met een onderbreking. Dit onderbreekt de huidige taak van de processor en kan de gegevens van het apparaat verwerken.
2. Softwaretechnieken:
* polling: De processor controleert continu de status van het langzamere apparaat totdat deze klaar is. Dit kan verspillend zijn van de CPU -tijd.
* directe geheugentoegang (DMA): Sommige apparaten kunnen gegevens rechtstreeks naar het geheugen overbrengen zonder de CPU te betrekken. Dit maakt de processor vrij om andere taken uit te voeren terwijl de gegevensoverdracht plaatsvindt.
* buffering: Gegevens worden tijdelijk opgeslagen in een buffer terwijl het langzamere apparaat deze verwerkt. Hierdoor kan de processor blijven werken zonder op het apparaat te wachten.
3. Hardware -oplossingen:
* Caching: Vaak toegankelijke gegevens van langzamere apparaten kunnen worden opgeslagen in een sneller cachegeheugen, waardoor de noodzaak om toegang te krijgen tot het langzamere apparaat te verminderen.
* Gespecialiseerde hardwarecontrollers: Apparaten kunnen speciale controllers hebben die gegevensoverdracht en synchronisatie afhandelen, waardoor de last op de hoofdprocessor wordt verminderd.
Voorbeeld:
Stel je een systeem voor met een snelle CPU en een langzame harde schijf. De CPU moet gegevens van de harde schijf lezen.
* polling: De CPU controleert continu of de gegevens klaar zijn op de harde schijf, die tijd verspilt.
* Interrupt: De harde schijf stuurt een interrupt naar de CPU wanneer de gegevens klaar zijn, waardoor de CPU onmiddellijk kan doorgaan.
* DMA: De harde schijf brengt gegevens rechtstreeks over naar het geheugen zonder de CPU te betrekken, waardoor de CPU wordt vrijgemaakt voor andere taken.
Het kiezen van de juiste aanpak hangt af van:
* De specifieke apparaten
* De aard van de gegevensoverdracht
* De prestatievereisten van het systeem
Key Takeaway:
Er is geen enkel commando om te "wachten" op langzamere apparaten. In plaats daarvan moet u passende synchronisatiemechanismen, softwaretechnieken of hardware -oplossingen gebruiken om de timingverschillen tussen verschillende componenten efficiënt af te handelen. |