Cachegeheugen slaat veelgebruikte instructies of gegevens op die de CPU nodig heeft.
Het is een kleine hoeveelheid snel geheugen dat fungeert als buffer tussen de CPU en het hoofdgeheugen (RAM). Cachegeheugen wordt gebruikt om veelgebruikte gegevens en instructies op te slaan, zodat de CPU er snel toegang toe heeft zonder toegang te hoeven krijgen tot het langzamere hoofdgeheugen. Dit kan de algehele prestaties van een computersysteem verbeteren door de hoeveelheid tijd te verminderen die de CPU besteedt aan het wachten op gegevens uit het hoofdgeheugen. |