De niveaus van het cachegeheugen zijn doorgaans genummerd van 0 tot 3, waarbij niveau 0 het dichtst bij de processor ligt en niveau 3 het verst.
- Niveau 1-cache (L1-cache): L1-cache is het kleinste en snelste cachegeheugen. Deze bevindt zich op dezelfde chip als de processor en heeft de laagste latentie. L1-cache is doorgaans verdeeld in twee delen:instructiecache en datacache. Instructiecache slaat veelgebruikte instructies op, terwijl datacache veelgebruikte gegevens opslaat.
- Niveau 2-cache (L2-cache): L2-cache is groter dan L1-cache, maar langzamer. Het bevindt zich ook op dezelfde chip als de processor, maar is niet zo nauw geïntegreerd als de L1-cache. L2-cache slaat zowel instructies als gegevens op.
- Niveau 3-cache (L3-cache): L3-cache is het grootste en langzaamste cachegeheugen. Het bevindt zich op een aparte chip van de processor en heeft de hoogste latentie. L3-cache slaat zowel instructies als gegevens op en kan worden gedeeld tussen meerdere processors.
Sommige systemen hebben mogelijk ook een cache van niveau 4 (L4-cache), die zelfs groter en langzamer is dan de L3-cache. L4-cache wordt doorgaans gebruikt in krachtige servers en werkstations. |