De ATA-7-standaard, ook bekend als Ultra ATA, was de laatste ATA-standaard (AT Attachment) die aanzienlijke verbeteringen aanbracht in de Parallel ATA (PATA)-interface die wordt gebruikt om opslagapparaten op computers aan te sluiten. ATA-7, geïntroduceerd in 2000, bracht verschillende verbeteringen aan de PATA-technologie, waaronder:
1. Ultra DMA-modus 5 (UDMA5) :UDMA5 leverde een maximale gegevensoverdrachtsnelheid van 100 MB/s, een stijging van 50% vergeleken met de 66 MB/s van UDMA4. Deze aanzienlijke snelheidsverbetering verbeterde de efficiëntie van de gegevensoverdracht tussen het opslagapparaat en de computer.
2. Verbeterde foutcorrectie :ATA-7 bevatte verbeterde foutcorrectie-algoritmen, waardoor een betere gegevensintegriteit tijdens gegevensoverdracht werd geboden en het risico op gegevenscorruptie werd verminderd.
3. Geavanceerd energiebeheer :De ATA-7-standaard introduceerde verbeterde mogelijkheden voor energiebeheer om het energieverbruik te verminderen en de efficiëntie van PATA-apparaten te verbeteren.
4. Apparaatconfiguratie-overlay (DCO) :DCO maakte extra configuratieopties en diagnostische functies voor PATA-apparaten mogelijk, waardoor het gebruiksgemak en de probleemoplossing werden verbeterd.
5. Write-Once Read-Many (WORM)-ondersteuning :ATA-7 introduceert ondersteuning voor optische WORM-media, waardoor gebruikers gegevens kunnen schrijven die niet kunnen worden gewijzigd of gewist, waardoor de gegevensbeveiliging wordt verbeterd.
ATA-7 (Ultra ATA) markeerde de laatste grote verbeteringen aan de PATA-standaard, en na de introductie ervan verschoof de focus naar de ontwikkeling en acceptatie van Serial ATA (SATA), dat PATA verving en aanzienlijk hogere gegevensoverdrachtsnelheden en verbeterde betrouwbaarheid bood. en andere voordelen ten opzichte van de parallelle ATA-interface. |