Het besturingssysteem gebruikt verschillende indexen om computerbestanden te beheren, maar de meest fundamentele is een bestandstoewijzingstabel (FAT) of een meer geavanceerde variant zoals een Master File Table (MFT) (gebruikt in NTFS). Dit zijn geen indexen op dezelfde manier als een database-index, maar ze dienen een soortgelijk doel:snelle toegang tot bestandsgegevens mogelijk maken.
* VET: Deze tabel wijst bestandsgegevens toe aan clusters (aaneengesloten blokken) op het opslagapparaat. Het is een relatief eenvoudige structuur, efficiënt voor kleinere schijven.
* MFT: Dit is een complexere database-achtige structuur die door NTFS wordt gebruikt. Elk bestand en elke map heeft een vermelding in de MFT met metagegevens (naam, grootte, locatie, attributen, enz.) en verwijzingen naar waar de gegevens van het bestand op de schijf zijn opgeslagen. Dit zorgt voor een veel efficiënter beheer van grote bestanden en schijven en ondersteunt functies zoals bestandsrechten en journaling.
Hoewel het strikt genomen geen indexen zijn in de zin van databases, zijn deze tabellen van cruciaal belang voor het besturingssysteem om snel bestanden op de opslagmedia te lokaliseren en te openen. Andere indexen kunnen door het besturingssysteem worden gebruikt voor specifieke doeleinden (zoals zoeken), maar de fundamentele index voor bestandsbeheer is de bestandstoewijzingstabel of de opvolger ervan, de MFT. |