| Een DOS-diskette heeft niet:
* De capaciteit van een harde schijf: Floppy disks hadden aanzienlijk kleinere opslagcapaciteiten dan harde schijven, variërend van 144 KB tot 2,88 MB, vergeleken met gigabytes of terabytes voor harde schijven.
* Snelle toegangstijden: Floppy disks waren aanzienlijk langzamer in termen van gegevenstoegang en overdrachtssnelheden vergeleken met harde schijven.
* Hoge betrouwbaarheid: Floppy disks waren gevoeliger voor gegevensverlies en schade door fysieke schokken en omgevingsfactoren.
* Geïntegreerde controller: De schijfcontroller (de elektronica die nodig is om gegevens te lezen en te schrijven) maakte doorgaans deel uit van het moederbord van de computer of een aparte kaart, en was niet ingebouwd in de diskette zelf.
* Niet-vluchtige opslag in de moderne zin van het woord: Hoewel de gegevens op de schijf bleven staan, waren deze veel kwetsbaarder dan de gegevens op moderne flashdrives of solid-state drives.
* Modern bestandssysteem: Ze gebruikten oudere bestandssystemen zoals FAT12 of FAT16, aanzienlijk minder geavanceerd dan hedendaagse bestandssystemen.
* Hoge duurzaamheid: Ze raakten gemakkelijk beschadigd door buigen, krassen en blootstelling aan magneten. |