U moet in de vijfde versnelling rijden (of in de hoogste versnelling in een auto met minder versnellingen) wanneer:
* Je rijdt met een constante snelheid op een relatief vlakke weg of een lichte afdaling. De vijfde versnelling is uw hoogste versnelling, ontworpen voor brandstofefficiëntie bij hogere snelheden. Als u de motor bij lage snelheden gebruikt, zal de motor gaan sjokken en mogelijk beschadigen.
* De motor draait comfortabel. Je moet de motor niet te hard laten werken. Als de motor het moeilijk heeft of gespannen klinkt, schakel dan terug naar een lagere versnelling. Een goede vuistregel is om binnen de door de fabrikant van uw voertuig gespecificeerde "vermogensband" te blijven. Raadpleeg uw gebruikershandleiding voor meer informatie.
* Je versnelt niet snel. De vijfde versnelling is bedoeld om snelheid te behouden, niet om te accelereren. U moet terugschakelen om efficiënt en veilig te accelereren.
In het kort: De vijfde versnelling is bedoeld voor cruisen met een constante snelheid op vlak of licht bergafwaarts terrein, niet voor accelereren of het beklimmen van steile hellingen. Als u accelereert, een heuvel beklimt of als de motor het moeilijk heeft, moet u een lagere versnelling gebruiken. |