Schijfschotels zijn de ronde, metalen schijven in een harde schijf (HDD) die gegevens magnetisch opslaan. Beschouw ze als het equivalent van een vinylplaat, maar in plaats van groeven hebben ze microscopisch kleine magnetische domeinen die de 1-en en 0-en van digitale gegevens vertegenwoordigen.
De belangrijkste kenmerken van schijfschotels zijn onder meer:
* Materiaal: Meestal gemaakt van aluminium of glas, bedekt met een magnetisch materiaal. Voor een goede werking van de lees-/schrijfkoppen moet het materiaal zeer glad en vlak zijn.
* Coating: Een dunne laag magnetisch materiaal zorgt ervoor dat gegevens kunnen worden geschreven en gelezen. De eigenschappen van deze coating hebben een directe invloed op de opslagcapaciteit en datadichtheid.
* Oppervlak: Het oppervlak is ongelooflijk glad en gepolijst, wat cruciaal is voor een correcte werking van de lees-/schrijfkoppen zonder schade of slijtage te veroorzaken.
* Aantal per schijf: Op één enkele harde schijf kunnen meerdere platters op elkaar zijn gestapeld, waardoor de opslagcapaciteit wordt vergroot. Elke schotel heeft twee oppervlakken die worden gebruikt voor gegevensopslag.
* Grootte en diameter: De grootte van de schijf varieert afhankelijk van de capaciteit en vormfactor van de schijf. Grotere schotels zorgen over het algemeen voor een hogere capaciteit.
* Spilsnelheid: De snelheid waarmee de platters draaien (gemeten in RPM of omwentelingen per minuut) heeft invloed op de gegevenstoegangssnelheid. Hogere snelheden betekenen over het algemeen snellere toegangstijden.
Kortom, schijfplatters zijn het fundamentele fysieke onderdeel dat verantwoordelijk is voor het opslaan van gegevens op een traditionele harde schijf. Ze komen steeds minder vaak voor met de opkomst van solid-state drives (SSD's), maar blijven een aanzienlijk onderdeel van veel computersystemen. |