Wanneer er een stopfout optreedt (ook wel een blue screen of death of BSOD genoemd in Windows), schakelt het systeem zichzelf in wezen op een gecontroleerde manier uit om verdere schade te voorkomen. De specifieke acties zijn afhankelijk van het besturingssysteem en de configuratie ervan, maar omvatten over het algemeen:
* Uitvoering stopzetten: Alle processen worden onmiddellijk gestopt. Dit is cruciaal om beschadigde gegevens of instabiliteit te voorkomen.
* Informatie over het dumpsysteem: Het systeem probeert diagnostische informatie over de fout op te slaan. Deze informatie, vaak een geheugendumpbestand, is van cruciaal belang voor het oplossen van de oorzaak van de stopfout. Het type dump (bijvoorbeeld volledige geheugendump, kernelgeheugendump, enz.) hangt af van de systeemconfiguratie.
* Een stop-foutmelding weergeven: Dit bericht bevat meestal een stopcode (bijvoorbeeld 0x0000007B), waarmee u de specifieke oorzaak van de fout kunt identificeren. Er kan aanvullende informatie worden weergegeven, zoals welke driver of welk proces mogelijk verantwoordelijk is.
* Opnieuw opstarten (meestal): Na het verzamelen en opslaan van informatie (of een poging daartoe), wordt het systeem doorgaans automatisch opnieuw opgestart. Dit is bedoeld om de fout te herstellen en het systeem normaal te laten opstarten. Het systeem kan echter voor onbepaalde tijd blijven hangen als het probleem ernstig genoeg is.
* De fout registreren: De fout wordt vastgelegd in systeemlogboeken (zoals de Event Viewer in Windows), die verdere informatie bieden voor foutopsporing en analyse.
Het doel van het stop-foutmechanisme is het voorkomen van gegevenscorruptie en systeeminstabiliteit die kunnen voortvloeien uit het blijven functioneren met een kritieke fout. Hoewel frustrerend, is het automatisch afsluiten een beschermende maatregel die is ontworpen om de systeemintegriteit te behouden. |