Het wijzigen van de achtergrond op een Mac is eenvoudig en kan op een aantal manieren worden gedaan:
1. Systeemvoorkeuren gebruiken:
A. Open Systeemvoorkeuren vanuit het Apple-menu.
B. Klik op het pictogram "Bureaublad en schermbeveiliging".
C. Selecteer het tabblad "Bureaublad".
D. Kies een achtergrondafbeelding in de linkerzijbalk of uit de dynamische achtergrondcollectie aan de rechterkant.
e. Klik op het afbeeldingsvoorbeeld en selecteer de optie "Bureaubladafbeelding instellen" als daarom wordt gevraagd.
2. De Finder gebruiken:
A. Open een Finder-venster en navigeer naar het afbeeldingsbestand dat u als achtergrond wilt gebruiken.
B. Dubbelklik op de afbeelding om deze te openen in de Preview-app.
C. Klik op het pictogram "Delen" in de werkbalk en selecteer "Bureaubladafbeelding instellen".
3. Toetsenbordsneltoets gebruiken:
A. Selecteer het afbeeldingsbestand in Finder.
B. Houd de Control-toets (Ctrl) ingedrukt.
C. Klik op het afbeeldingsbestand en selecteer "Bureaubladafbeelding instellen" in het contextmenu.
4. Slepen en neerzetten gebruiken:
A. Selecteer het afbeeldingsbestand in de Finder.
B. Sleep het afbeeldingsbestand en zet het neer op het bureaublad.
C. Kies de optie "Bureaubladafbeelding wijzigen" in de prompt die verschijnt.
Zodra de achtergrond is gewijzigd, zou u de nieuwe afbeelding onmiddellijk als uw bureaubladachtergrond moeten zien. Als de wijzigingen niet worden toegepast of niet van kracht worden, probeer dan uw Mac opnieuw op te starten of Systeemvoorkeuren opnieuw te openen en de instellingen te verifiëren. |