Moderne auto's beschikken over systemen die verschillende aspecten van de werking van de motor kunnen monitoren, maar het belangrijkste doel is het volgen en onderhouden van de motorcondities in termen van efficiëntie en emissies, en niet specifiek om gevallen van motormisbruik vast te leggen.
Deze systemen slaan informatie op over motorparameters, zoals snelheid, temperatuur, brandstofinjectie en meer. Ze zijn in de eerste plaats ontworpen om de prestaties van de motor te optimaliseren, eventuele storingen of onderhoudsbehoeften op te sporen en te voldoen aan de emissievoorschriften. Deze systemen verzamelen of slaan gegevens niet expliciet op om gevallen van motormisbruik vast te leggen.
Sommige nieuwere auto's zijn echter uitgerust met geavanceerdere bewakingssystemen die mogelijk gevallen van motormisbruik kunnen registreren, zoals te hoge toerentallen, te hoge toerentallen of oververhitting. Deze systemen kunnen diagnostische foutcodes (DTC's) genereren of bepaalde gegevens opslaan die op dergelijke situaties kunnen duiden, maar meestal met het doel het oplossen van problemen en het voorkomen van grote motorschade. |