Wanneer u een webadres (URL) in uw browser invoert en op Enter drukt, ontvouwt zich een complexe reeks gebeurtenissen:
1. DNS-zoekopdracht: De browser controleert eerst zijn cache op het IP-adres dat aan de domeinnaam is gekoppeld (bijvoorbeeld `www.example.com`). Als dit niet wordt gevonden, wordt er een query uitgevoerd op een DNS-server (Domain Name System). Deze server zoekt recursief naar de gezaghebbende DNS-server die het IP-adres voor dat domein kent. Het proces gaat door totdat het IP-adres is gevonden.
2. TCP-verbinding: De browser brengt op het ontdekte IP-adres een TCP-verbinding (Transmission Control Protocol) tot stand met de webserver. Hierbij wordt een drieweg-handshake uitgevoerd om een betrouwbare verbinding te garanderen.
3. HTTP-verzoek: Zodra de verbinding tot stand is gebracht, stuurt de browser een HTTP-verzoek (Hypertext Transfer Protocol) naar de server. Dit verzoek omvat de URL, de HTTP-methode (meestal GET), de HTTP-versie en andere headers die informatie geven over de browser en de gevraagde bron.
4. Serververwerking: De webserver ontvangt het verzoek, verwerkt het en haalt de gevraagde bron op (bijvoorbeeld een HTML-bestand, afbeelding of script). Dit kan inhouden dat u een database moet bevragen, code op de server moet uitvoeren of eenvoudigweg een statisch bestand moet weergeven.
5. HTTP-reactie: De server stuurt een HTTP-antwoord terug naar de browser. Deze reactie omvat:
* Statuscode: Een driecijferige code die het succes of falen van het verzoek aangeeft (bijvoorbeeld 200 OK, 404 Niet gevonden).
* Kopteksten: Metagegevens over het antwoord, zoals het inhoudstype (bijvoorbeeld tekst/html, afbeelding/jpeg), de lengte van de inhoud en cache-instructies.
* Lichaam: De daadwerkelijk gevraagde inhoud (bijvoorbeeld de HTML-broncode van een webpagina).
6. Browserweergave: De browser ontvangt het antwoord en parseert de HTML. Vervolgens wordt de inhoud op het scherm weergegeven, waarbij alle gekoppelde bronnen (afbeeldingen, CSS, JavaScript) onderweg worden opgehaald en weergegeven. Dit omvat het opmaken, schilderen en mogelijk uitvoeren van JavaScript-code.
7. Verbinding sluiten: Zodra de browser de pagina heeft ontvangen en weergegeven, wordt de TCP-verbinding gesloten. De browser kan de verbinding echter korte tijd openhouden om de efficiëntie bij volgende verzoeken op dezelfde site te verbeteren.
Deze stappen gebeuren zeer snel, meestal binnen een seconde of twee, waardoor de indruk wordt gewekt dat u onmiddellijk toegang heeft tot de webpagina. Netwerkomstandigheden, serverbelasting en de complexiteit van de webpagina zelf kunnen echter allemaal een aanzienlijke invloed hebben op de tijd die dit kost. |