Doel van het OSI-model
Het OSI-model is een conceptueel raamwerk om te begrijpen hoe gegevens tussen twee apparaten worden gecommuniceerd. Het biedt een gemeenschappelijk vocabulaire en een reeks richtlijnen voor het ontwerpen en implementeren van netwerkprotocollen. Het OSI-model is geen standaard, maar wordt veel gebruikt als referentiemodel door netwerkingenieurs en beheerders.
Componenten van het OSI-model
Het OSI-model bestaat uit zeven lagen, die elk een specifieke functie vervullen in het communicatieproces. De zeven lagen zijn:
* Fysieke laag – Deze laag definieert de fysieke verbinding tussen twee apparaten. Het omvat de hardware en software die worden gebruikt om de verbinding tot stand te brengen en te onderhouden.
* Datalinklaag – Deze laag zorgt voor een foutloze gegevensoverdracht van het ene apparaat naar het andere. Het omvat de protocollen die worden gebruikt om de toegang tot de fysieke laag te beheren en om fouten in de gegevensoverdracht op te sporen en te corrigeren.
* Netwerklaag – Deze laag biedt routeringsdiensten, waardoor gegevens kunnen worden overgedragen tussen apparaten die niet rechtstreeks met elkaar zijn verbonden. Het omvat de protocollen die worden gebruikt om het beste pad voor gegevens te bepalen en om gegevenspakketten naar hun bestemming door te sturen.
* Transportlaag – Deze laag zorgt voor een betrouwbare gegevensoverdracht tussen twee apparaten. Het bevat de protocollen die worden gebruikt om verbindingen tussen apparaten tot stand te brengen en te onderhouden en om te garanderen dat gegevens in de juiste volgorde worden aangeleverd.
* Sessielaag – Deze laag biedt mechanismen voor het tot stand brengen en beëindigen van communicatiesessies tussen twee apparaten. Het omvat de protocollen die worden gebruikt voor het initiëren, beëindigen en beheren van communicatiesessies.
* Presentatielaag – Deze laag biedt diensten voor gegevenstransformatie, zoals encryptie en compressie. Het omvat de protocollen die worden gebruikt om gegevens om te zetten in een formaat dat geschikt is voor verzending en om gegevens na verzending terug te converteren naar het oorspronkelijke formaat.
* Applicatielaag – Deze laag vormt de interface tussen de gebruiker en het netwerk. Het omvat de protocollen die worden gebruikt om verschillende soorten toepassingen te ondersteunen, zoals surfen op het web, e-mail en het delen van bestanden.
Het OSI-model is een hiërarchisch model, wat betekent dat elke laag voortbouwt op de laag eronder. De netwerklaag moet bijvoorbeeld routeringsdiensten kunnen leveren zodat de transportlaag verbindingen tussen apparaten tot stand kan brengen en onderhouden.
Het OSI-model is een handig hulpmiddel om te begrijpen hoe gegevens tussen twee apparaten worden gecommuniceerd. Het kan worden gebruikt om netwerkproblemen op te lossen en om nieuwe netwerkprotocollen te ontwerpen en implementeren. |