| Er zijn verschillende manieren om erachter te komen op welke partitie uw besturingssysteem is geïnstalleerd, afhankelijk van uw besturingssysteem en uw comfortniveau met de opdrachtregel.
Voor Windows:
* Schijfbeheer: Dit is de eenvoudigste grafische methode.
1. Zoek naar "Schijfbeheer" in het Startmenu.
2. Open Schijfbeheer. U ziet een lijst met uw schijven en partities. Zoek naar de partitie met het label "Systeem" of "Boot", vaak gemarkeerd als C:\. Dit is meestal waar Windows is geïnstalleerd. Soms is de systeempartitie erg klein en heeft een andere partitie de naam "Windows".
* Opdrachtprompt (cmd.exe of PowerShell):
1. Open de opdrachtprompt of PowerShell als beheerder.
2. Typ 'wmic diskdrive get deviceid, volume, size' en druk op Enter. Dit toont u een lijst met schijven en hun afmetingen. De schijf met het besturingssysteem is meestal degene met de grootste omvang en kan de naam van het besturingssysteem in de beschrijving bevatten.
3. U kunt ook 'systeeminfo' typen en op Enter drukken. Dit zal veel systeeminformatie tonen, inclusief de opstartpartitie.
Voor macOS:
* Schijfhulpprogramma:
1. Open Schijfhulpprogramma (te vinden in Programma's/Hulpprogramma's).
2. In de zijbalk ziet u uw schijven vermeld. De schijf met de macOS-installatie wordt meestal duidelijk gelabeld (vaak Macintosh HD of iets dergelijks). Kijk naar het partitieschema; het besturingssysteem bevindt zich in een van de genoemde partities.
* Terminaal:
1. Open Terminal (te vinden in Toepassingen/Hulpprogramma's).
2. Typ 'diskutil list' en druk op Enter. Dit toont een gedetailleerde lijst van uw schijven en partities. De partitie waarop macOS is geïnstalleerd, kan worden geïdentificeerd aan de hand van het koppelpunt (meestal `/`).
Voor Linux:
* GUI-schijfbeheerprogramma: De meeste Linux-distributies hebben een grafisch schijfbeheerprogramma (bijvoorbeeld GNOME Disks, KDE Partition Manager). Deze zullen u visueel uw partities laten zien en welke de bestanden van het besturingssysteem bevat.
* Opdrachtregel (terminal):
1. Open een terminal.
2. Typ `lsblk` en druk op Enter. Met deze opdracht worden blokapparaten weergegeven, inclusief partities. Het partitiemontagepunt `/` geeft de rootpartitie aan waarop het besturingssysteem is geïnstalleerd. Mogelijk ziet u het gelabeld als `/dev/sda1` of iets dergelijks. De exacte apparaatnaam is afhankelijk van de hardwareconfiguratie van uw systeem.
3. `df -h` toont het gebruik van schijfruimte. De regel met `/` (root) toont de partitie waar het besturingssysteem zich bevindt.
Wees in alle gevallen voorzichtig bij het werken met partities. Het onjuist aanpassen van partities kan leiden tot gegevensverlies of een defect besturingssysteem. Als u het niet zeker weet, kunt u het beste alleen de informatie bekijken en geen wijzigingen aanbrengen. |