Bijsnijden verwijst bij digitale beeldbewerking naar het verwijderen van ongewenste delen van de randen van een afbeelding. Het wordt gebruikt om de beeldverhouding van een afbeelding te wijzigen of om op een specifiek deel van de afbeelding te focussen. Bijsnijden wordt bereikt door het gewenste gebied van de afbeelding te selecteren en vervolgens een bijsnijdgereedschap te gebruiken of door op de knop "bijsnijden" in de bewerkingssoftware te drukken.
Hier volgt stapsgewijze uitleg over hoe u een afbeelding op een computer kunt bijsnijden met behulp van gewone software:
1. Open de beeldbewerkingssoftware van uw keuze, zoals Adobe Photoshop, GIMP of de ingebouwde foto-editor op uw computer.
2. Open de afbeelding die u wilt bijsnijden. Meestal kunt u dit doen door op 'Bestand' en vervolgens op 'Openen' te klikken, of door het afbeeldingsbestand naar de software te slepen en neer te zetten.
3. Zoek naar het bijsnijdgereedschap in de bewerkingssoftware. In de meeste software wordt het bijsnijdgereedschap weergegeven door een pictogram dat lijkt op een rechthoek met twee pijlen op tegenoverliggende hoeken.
4. Klik en sleep het bijsnijdgereedschap rond de afbeelding om het gebied te selecteren dat u wilt behouden. U kunt ook de beeldverhouding van het bijsnijdgebied aanpassen door de hoeken van de selectierechthoek te slepen.
5. Als u tevreden bent met de selectie, klikt u op de knop of het pictogram "Bijsnijden". De bijgesneden afbeelding is nu de actieve afbeelding in de software.
6. Sla de bijgesneden afbeelding op door op "Bestand" en vervolgens op "Opslaan als" te klikken, of door op Ctrl+S op Windows of Command+S op Mac te drukken. Kies een bestandsindeling en locatie om de bijgesneden afbeelding op te slaan.
Houd er rekening mee dat bijsnijden een destructieve bewerking is, wat betekent dat de originele afbeelding permanent wordt gewijzigd. Het is een goede gewoonte om een kopie van de originele afbeelding te maken voordat u deze bijsnijdt, zodat u indien nodig altijd naar het origineel kunt terugkeren. |