Er zijn verschillende manieren om snelkoppelingen te maken in Microsoft Word.
Maak een sneltoets
1. Open het Bestand menu en selecteer Opties .
2. Klik op Lint aanpassen tabblad.
3. In de sneltoetsen sectie, klik op Aanpassen... knop.
4. In Toetsenbord aanpassen dialoogvenster, selecteert u Alle opdrachten categorie.
5. Zoek de opdracht waarvoor u een snelkoppeling wilt maken en klik op Toevoegen knop.
6. In het Druk op een nieuwe sneltoets Typ de sneltoets die u voor de opdracht wilt gebruiken.
7. Klik op Toewijzen knop.
8. Klik op Sluiten knop.
Maak een werkbalkknop Snelle toegang
1. Klik op de Werkbalk Snelle toegang aanpassen op de Werkbalk Snelle toegang .
2. In de Werkbalk Snelle toegang aanpassen dialoogvenster, selecteert u Alle opdrachten categorie.
3. Zoek de opdracht die u wilt toevoegen aan de werkbalk Snelle toegang en klik op Toevoegen knop.
4. Klik op OK knop.
Maak een macro
1. Open de Ontwikkelaar tabblad en klik op Macro opnemen knop.
2. In de Macro opnemen dialoogvenster, voer een naam in voor de macro en klik op OK knop.
3. Voer de acties uit die u wilt opnemen.
4. Klik op Opname stoppen knop op de Ontwikkelaar tabblad.
5. Om de macro uit te voeren, klikt u op de Macro's knop op de Ontwikkelaar tabblad en selecteer de macro in de lijst. |