* groter dan of gelijk aan: `> =` (bijv. `=a5> =b5`))
* minder dan of gelijk aan: `<=` (bijv. `=a6 <=b6`))
3. Tekstfuncties:
* concatenate: Sluit zich aan bij tekstreeksen. `=Concatenate (" Hallo "," "," Wereld! ")" Resulteert in "Hallo wereld!"
* len: Retourneert de lengte van een tekstreeks. `=Len (" excel ")` retourneert 5.
* Zoek: Vindt een specifiek teken of substring binnen een tekstreeks. `=Find (" L "," Hallo ")` Retourneert 3 (positie van de eerste "L").
* links, rechts, midden: Uittrekselt een bepaald aantal tekens uit het begin, einde of midden van een tekstreeks.
4. Wiskundige functies:
* som: Voegt een reeks getallen toe. `=Sum (A1:A10)` vat waarden samen in cellen A1 tot en met A10.
* Gemiddeld: Berekent het gemiddelde van een aantal getallen. `=Gemiddeld (B1:B10)`
* max, min: Vindt de hoogste en laagste waarde in een bereik.
* ronde: Rond een nummer af naar een bepaald aantal decimalen. `=Round (3.14159, 2)` rondes tot 3.14
* sqrt: Berekent de vierkantswortel van een getal.
5. Logische functies:
* als: Voert een voorwaardelijke test uit en retourneert één waarde als de voorwaarde waar is en een andere als deze onwaar is. `=If (a1> 10," groter dan 10 "," minder dan of gelijk aan 10 ")`
* en, of: Combineer meerdere logische omstandigheden. `=En (a1> 5, a1 <10)` retourneert true als beide voorwaarden waar zijn.
* niet: Ontkent een logische toestand. `=Niet (a1 =0)` retourneert true als A1 niet gelijk is aan 0.
6. Statistische functies:
* tellen: Telt het aantal cellen dat getallen binnen een bereik bevat.
* countif: Telt het aantal cellen dat aan een specifiek criterium voldoet. `=Countif (A1:A10,"> 10 ")` Telt cellen met waarden groter dan 10.
* stdev: Berekent de standaardafwijking van een dataset.
* var: Berekent de variantie van een dataset.
7. Datum- en tijdfuncties:
* Vandaag: Retourneert de huidige datum.
* Nu: Retourneert de huidige datum en tijd.
* Jaar, maand, dag: Uittreksel jaar, maand en dag uit een datumwaarde.
* Datum: Creëert een datumwaarde van jaar, maand en dagcomponenten.
8. Opzoek- en referentiefuncties:
* VLOOKUP: Zoekt naar een waarde in de eerste kolom van een tabel en retourneert een overeenkomstige waarde uit een andere kolom in dezelfde rij.
* index, match: Een krachtige combinatie om waarden op te zoeken op basis van verschillende criteria.
* offset: Retourneert een celreferentie -offset van een startcel door een bepaald aantal rijen en kolommen.
9. Financiële functies:
* PMT: Berekent het betalingsbedrag voor een lening.
* fv: Berekent de toekomstige waarde van een investering.
* pv: Berekent de contante waarde van een toekomstige kasstroom.
* Tarief: Berekent de rentevoet van een lening.
Tips voor het gebruik van formules:
* Begin met een `=` teken om een formule aan te geven.
* Gebruik celreferenties (bijv. A1, B2) om gegevens van andere cellen op te nemen.
* Gebruik haakjes om de volgorde van bewerkingen te definiëren.
* Gebruik de "Formula Bar" om uw formules te bekijken en te bewerken.
* Gebruik de functie "Functie" invoegen (FX) om te bladeren en functies te selecteren.
* Verken Excel's Help -documentatie voor gedetailleerde uitleg van elke functie.
Deze lijst biedt een startpunt. Verken het uitgebreide bereik van Excel -functies die beschikbaar zijn om aan uw gegevensberekening en analysebehoeften te voldoen.