Wachtwoord: Een wachtwoord is een geheim woord of zinsnede die wordt gebruikt om de identiteit van een gebruiker te verifiëren. Gebruikers moeten hun wachtwoord correct invoeren om toegang te krijgen tot de computer.
Biometrie: Biometrie zijn fysieke of gedragskenmerken die gebruikt kunnen worden om een persoon te identificeren. Voorbeelden van biometrie zijn vingerafdrukken, gezichtsherkenning, stemherkenning en irisscans.
Smartcards: Smartcards zijn fysieke kaarten die een computerchip bevatten. Ze kunnen worden gebruikt om gegevens op te slaan, zoals de identiteit en authenticatiegegevens van een gebruiker. Gebruikers moeten hun smartcard in een kaartlezer plaatsen om toegang te krijgen tot de computer.
Token: Een token is een fysiek apparaat dat wordt gebruikt om een eenmalig wachtwoord te genereren. Gebruikers moeten naast hun gewone wachtwoord het eenmalige wachtwoord invoeren om toegang te krijgen tot de computer.
Tweefactorauthenticatie: Tweefactorauthenticatie is een beveiligingsmaatregel die twee verschillende authenticatiemethoden vereist. Het kan bijvoorbeeld nodig zijn dat een gebruiker zijn wachtwoord invoert en ook een vingerafdrukscan verstrekt. |