In Unix is het commando "grep" het meest gebruikelijke commando om bestanden te zoeken naar regels die overeenkomen met een bepaald tekenreekspatroon. Met Grep kunt u reguliere expressies gebruiken om naar complexe patronen in een tekst te zoeken.
De basissyntaxis van het grep-commando is:
`grep [OPTIE] PATROON [BESTAND(EN)]`
Hier is een voorbeeld waarbij in alle bestanden in de huidige map wordt gezocht naar regels die overeenkomen met de tekenreeks "foobar":
`grep -r "foobar" *`
Hier vertelt de optie `-r` grep om recursief in alle submappen te zoeken, en het jokerteken `*` komt overeen met alle bestanden in de huidige map en zijn submappen.
Standaard drukt grep de volledige regel af voor elke gevonden overeenkomst. Als u alleen het deel van de lijn wilt zien dat overeenkomt met het patroon, kunt u de `-o` optie gebruiken:
`grep -o "foobar" *`
U kunt ook complexere reguliere expressies gebruiken om naar specifiekere patronen te zoeken. Met de volgende opdracht wordt bijvoorbeeld gezocht naar regels die een woord bevatten dat begint met 'foo', gevolgd door vijf numerieke tekens:
`grep -o "foo[0-9][0-9][0-9][0-9][0-9]" *`
Voor meer informatie, kijk op de "man"-pagina's voor grep, waarin verschillende opties en speciale tekens worden uitgelegd die worden gebruikt om de zoekcriteria te verfijnen. |