Het videosignaal dat op een computerscherm wordt weergegeven, wordt gegenereerd door de grafische verwerkingseenheid (GPU) van de computer. De GPU verwerkt de gegevens uit de softwareapplicaties van de computer en zet deze om in een videosignaal dat op het scherm kan worden weergegeven. Dit proces wordt rendering genoemd en de resulterende afbeelding wordt een frame genoemd. Het videosignaal wordt vervolgens via een videokabel naar de monitor gestuurd, waar het wordt weergegeven.
De framesnelheid van een videosignaal wordt gemeten in frames per seconde (FPS). Hoe hoger de framesnelheid, hoe vloeiender de video zal verschijnen. De meeste computermonitoren hebben een verversingssnelheid van 60 Hz, wat betekent dat ze tot 60 frames per seconde kunnen weergeven. Sommige gamingmonitoren kunnen echter vernieuwingsfrequenties tot 240 Hz hebben, waardoor ze zeer vloeiende video kunnen weergeven.
De resolutie van een videosignaal wordt gemeten in pixels. Hoe hoger de resolutie, hoe scherper het beeld zal verschijnen. De meeste computermonitoren hebben een resolutie van 1920x1080 pixels, ook wel Full HD genoemd. Sommige monitoren kunnen echter resoluties tot 4K (3840x2160 pixels) of zelfs 8K (7680x4320 pixels) hebben.
Het videosignaal kan van de computer naar de monitor worden verzonden met behulp van verschillende kabels, waaronder DVI, HDMI, DisplayPort en VGA. Elk type kabel heeft zijn eigen voor- en nadelen, dus het is belangrijk om de juiste kabel te kiezen voor jouw specifieke behoeften. |