De belangrijkste invoer in het ontwerp van fysiek database zijn:
1. Logisch databaseontwerp: Dit is de basis van fysiek ontwerp. Het definieert de entiteiten, attributen, relaties en beperkingen van de database, waardoor de blauwdruk wordt gevormd voor hoe gegevens worden gestructureerd en georganiseerd.
2. Zakelijke vereisten: Deze definiëren de specifieke behoeften van de gebruikers en applicaties die zullen interageren met de database. Dit omvat:
* Datavolume: Hoeveel gegevens worden opgeslagen en hoe vaak zal deze veranderen?
* Transactietarieven: Hoeveel transacties worden per tijdseenheid verwerkt?
* Prestatievereisten: Welk niveau van responstijd is nodig voor vragen en updates?
* Beveiligingsbehoeften: Welke machtigingen voor gegevenstoegang en aanpassing zijn vereist?
3. Systeemomgeving: Dit omvat de hardware en software die de database hosten, die de ontwerpkeuzes sterk beïnvloedt. Deze factoren omvatten:
* Hardware: Schijfruimte, geheugen, verwerkingskracht, netwerkbandbreedte.
* besturingssysteem: Het besturingssysteem waarop het databasebeheersysteem (DBMS) wordt uitgevoerd.
* DBMS: Het gekozen databasebeheersysteem (bijv. Oracle, MySQL, PostgreSQL) en de specifieke mogelijkheden ervan.
* Netwerkinfrastructuur: Connectiviteit en bandbreedte tussen databaseserver en clients.
4. Gegevenskenmerken: Dit bevat informatie over de gegevens zelf:
* Gegevenstypen: Karakter, numeriek, datum, etc.
* datavolatiliteit: Hoe vaak verandert de gegevens?
* Gegevensverdeling: Zijn er patronen of vooroordelen in de gegevens?
* Gegevensintegriteit: Hoe worden gegevensnauwkeurigheid en consistentie gehandhaafd?
5. Kostenoverwegingen: Fysieke ontwerpkeuzes hebben kostenimplicaties. Factoren om te overwegen:
* Hardwarekosten: Servers, opslag, netwerkapparatuur.
* Softwarekosten: Databaselicenties, ontwikkelingstools.
* onderhoudskosten: Administratie, back -ups, beveiliging.
* Personeelskosten: Databasebeheerders, ontwikkelaars.
6. Prestatiestatistieken: Deze kwantificeren de efficiëntie en effectiviteit van de database:
* Reactietijd: Hoe snel vragen worden verwerkt.
* doorvoer: Aantal transacties verwerkt per tijdseenheid.
* schaalbaarheid: Mogelijkheid om toenemende datavolumes en transactietarieven om te gaan.
* Beschikbaarheid: Percentage van de tijd is de database operationeel.
7. Bestaande systemen: In het geval van integratie met bestaande systemen zijn compatibiliteit en gegevensmigratieaspecten cruciaal.
8. Beveiligingsvereisten: Gegevenscodering, toegangscontrole, audit en andere beveiligingsmaatregelen moeten in het fysieke ontwerp worden overwogen om gevoelige informatie te beschermen.
Door deze inputs zorgvuldig te analyseren, kunnen databaseontwerpers geïnformeerde beslissingen nemen over hoe gegevens fysiek kunnen worden georganiseerd, de juiste indexeringsstrategieën kunnen kiezen, de uitvoeringsplannen voor query's optimaliseren en ervoor kunnen zorgen dat de database voldoet aan de prestaties, beveiliging en betrouwbaarheidsvereisten van de applicatie. |