Gehele getallen, dit zijn getallen die hele getallen kunnen aannemen, worden gewoonlijk op een computer weergegeven met behulp van verschillende methoden. Hier zijn een paar veel voorkomende benaderingen:
1. Teken en grootte:In deze weergave wordt de meest significante bit (MSB) van het gehele getal gebruikt om het teken van het getal aan te geven. Een 0 geeft een positief geheel getal aan, terwijl een 1 een negatief geheel getal aangeeft. De overige bits vertegenwoordigen de grootte of absolute waarde van het getal.
2. Twee-complement:dit is de meest gebruikte methode om gehele getallen in computers weer te geven. In het twee-complement wordt de MSB nog steeds gebruikt om het teken aan te duiden, maar in plaats van een aparte bit voor het teken te gebruiken, wordt de representatie van negatieve gehele getallen afgeleid door alle bits van het positieve gehele getal om te keren en 1 op te tellen. Dit elimineert de noodzaak voor een afzonderlijk tekenbit en maakt efficiënte rekenkundige bewerkingen mogelijk.
3. Iemands complement:Net als het twee-complement, keert iemands complement ook alle bits om om negatieve gehele getallen weer te geven. In plaats van 1 toe te voegen, gebruikt het echter eenvoudigweg het omgekeerde bitpatroon als representatie voor negatieve getallen. Het één-complement wordt in moderne computers niet zo veel gebruikt als het twee-complement vanwege de beperkingen ervan in rekenkundige bewerkingen.
4. Radix-complement:deze methode vertegenwoordigt gehele getallen met behulp van een specifieke radix (grondtal) en past de complementbewerking dienovereenkomstig toe. In het 10-complement wordt bijvoorbeeld het complement van een getal verkregen door elk cijfer van het getal van 9 af te trekken en 1 bij het resultaat op te tellen.
De keuze voor de representatie van gehele getallen hangt af van verschillende factoren, waaronder de computerarchitectuur, het gewenste bereik van getallen die moeten worden weergegeven en de efficiëntie van rekenkundige bewerkingen. Het twee-complement wordt vaak gebruikt in moderne computers vanwege de voordelen op het gebied van eenvoud en efficiënte rekenkundige bewerkingen. |