Er bestaat niet één universeel gestandaardiseerd netwerkkleurcoderingsschema specifiek voor IO-boxen. De gebruikte kleurcodering is sterk afhankelijk van de specifieke toepassing, de fabrikant van de IO-box en interne bedrijfsstandaarden.
Er bestaan echter enkele algemene praktijken en richtlijnen die u mogelijk tegenkomt:
* Geen consistente standaard: In tegenstelling tot gestructureerde bekabeling, waar standaarden als TIA/EIA-568A en 568B bestaan voor kleurcodering, bestaat er geen wijdverbreide, geformaliseerde standaard voor IO-box-netwerkbekabeling.
* Interne bedrijfsnormen: Grotere bedrijven ontwikkelen vaak hun eigen interne kleurcoderingssystemen voor consistentie binnen hun infrastructuur. Deze systemen kunnen gebaseerd zijn op functionele groepen (bijvoorbeeld stroom, sensoren, actuatoren, communicatie), geografische locatie of andere organisatorische principes.
* Fabrikantspecifiek: Sommige fabrikanten gebruiken kleurcodes in hun documentatie of op de IO-box zelf om specifieke poorten of functies aan te duiden. Controleer altijd de documentatie van de fabrikant.
* Common Sense-kleurassociaties: Hoewel dit geen standaard is, kunnen bepaalde kleuren intuïtief worden gebruikt:
* Zwart/grijs: Vaak gebruikt voor stroom- of aardverbindingen.
* Groen: Kan sensoringangen of analoge signalen vertegenwoordigen.
* Blauw: Kan worden gebruikt voor digitale in-/uitgangen of communicatielijnen.
* Geel/oranje: Kan waarschuwings- of veiligheidsgerelateerde signalen betekenen.
* Rood: Mogelijk gebruikt om alarm- of foutsignalen aan te geven.
Om de kleurcodering van een specifieke IO-box te bepalen:
1. Raadpleeg de documentatie van de fabrikant: Dit is de meest betrouwbare bron. De handleiding of online documentatie moet de betekenis van de gebruikte kleurcodering beschrijven.
2. Bekijk de doos zelf: Zoek naar labels of markeringen direct op de doos of de connectoren.
3. Controleer de interne bedrijfsdocumentatie: Als de IO-box deel uitmaakt van een groter systeem, informeer dan bij de IT- of engineeringafdeling van uw bedrijf naar hun interne kleurcoderingsschema.
4. Traceer de kabels: Als u de kabels fysiek van de IO-box naar hun bestemming kunt traceren, kan dit aanwijzingen opleveren over het doel van elke verbinding, afhankelijk van waar ze naartoe gaan.
Kortom:er is geen ‘one size fits all’-antwoord. Raadpleeg altijd voorrang bij het raadplegen van de documentatie die specifiek is voor uw IO-box en de installatie ervan. |