Er bestaat geen enkel, universeel overeengekomen aantal ‘soorten’ netwerken, omdat de categorisering kan afhangen van verschillende factoren, zoals schaal, doel, technologie en topologie. We kunnen netwerken echter in verschillende brede categorieën groeperen op basis van deze factoren:
Gebaseerd op schaal en geografische reikwijdte:
* Persoonlijk netwerk (PAN): Verbindt apparaten in de directe omgeving van een persoon (bijvoorbeeld Bluetooth-verbinding tussen telefoon en hoofdtelefoon).
* Lokaal netwerk (LAN): Verbindt apparaten binnen een beperkt gebied, zoals een huis, kantoor of gebouw (bijvoorbeeld Wi-Fi thuis, Ethernet-netwerk op kantoor).
* Metropolitan Area Network (MAN): Bestrijkt een groter geografisch gebied dan een LAN, meestal een stad of grootstedelijke regio (bijvoorbeeld een netwerk dat verschillende gebouwen van een universiteit met elkaar verbindt).
* Wide Area Network (WAN): Omspant een groot geografisch gebied en verbindt vaak meerdere LAN's en MAN's in landen of continenten (bijvoorbeeld internet).
Gebaseerd op eigendom en toegang:
* Openbaar netwerk: Toegankelijk voor iedereen (bijvoorbeeld internet, openbare Wi-Fi-hotspots).
* Privénetwerk: Alleen toegankelijk voor geautoriseerde gebruikers (bijvoorbeeld het interne netwerk van een bedrijf, een VPN).
Gebaseerd op netwerktopologie:
* Busnetwerk: Alle apparaten zijn aangesloten op één enkele kabel.
* Sterrennetwerk: Alle apparaten zijn aangesloten op een centrale hub of switch.
* Ringnetwerk: Apparaten zijn aangesloten in een gesloten lus.
* Mesh-netwerk: Apparaten zijn verbonden met meerdere andere apparaten, waardoor redundantie en veerkracht ontstaat.
* Boomnetwerk: Een hiërarchische structuur die aspecten van ster- en busnetwerken combineert.
* Hybride netwerk: Een combinatie van twee of meer topologieën.
Gebaseerd op communicatieprotocollen:
* Ethernet: Een bekabelde netwerktechnologie die veel wordt gebruikt in LAN's.
* Wi-Fi: Een draadloze netwerktechnologie die vaak wordt gebruikt in LAN's en PAN's.
* Mobiele netwerken (2G, 3G, 4G, 5G): Draadloze netwerken die gebruik maken van cellulaire technologie voor mobiele communicatie.
* Satellietnetwerken: Netwerken die gebruik maken van satellieten voor langeafstandscommunicatie.
Gebaseerd op doel:
* Datanetwerken: Hoofdzakelijk voor gegevensoverdracht (bijvoorbeeld via internet).
* Spraaknetwerken: Hoofdzakelijk voor spraakcommunicatie (bijvoorbeeld traditionele telefoonnetwerken).
* Videonetwerken: Hoofdzakelijk voor videocommunicatie (bijvoorbeeld videoconferentiesystemen).
Deze categorieën sluiten elkaar niet uit; een enkel netwerk kan in meerdere categorieën vallen. Het internet is bijvoorbeeld een openbaar WAN dat verschillende protocollen en topologieën gebruikt. De specifieke ‘soorten’ netwerken die u tegenkomt, zijn afhankelijk van de context die u overweegt. |