Er zijn een paar termen die een hiërarchie van computers op een netwerk kunnen beschrijven, afhankelijk van de context:
1. Client-server architectuur: Dit is de meest voorkomende en algemene term. Het beschrijft een netwerk waar sommige computers (servers) bronnen (bestanden, applicaties, gegevens) verstrekken aan andere computers (clients) die hen aanvragen.
2. Netwerktopologie: Dit verwijst naar de fysieke of logische opstelling van computers en apparaten op een netwerk. Hoewel niet altijd hiërarchisch, sommige topologieën zoals een boomtopologie of Star Topology kan een hiërarchische structuur vertegenwoordigen.
3. Domeinhiërarchie: In Windows Networks verwijst dit naar een specifiek type hiërarchie waarbij groepen computers zijn georganiseerd onder een centrale "domeincontroller". Deze structuur helpt bij administratie en beveiliging.
4. Peer-to-peer (P2P) Netwerk: Hoewel niet strikt hiërarchisch, kunnen sommige P2P -netwerken een "supernode" of "tracker" hebben die fungeert als een centraal contactpunt, wat een losse hiërarchie oplevert.
5. Gedistribueerd systeem: Dit is een bredere term die verwijst naar een systeem waarbij meerdere computers samenwerken om een gemeenschappelijk doel te bereiken. Hoewel ze misschien geen strikte hiërarchie hebben, kunnen ze vaak een leider-volle relatie hebben of een gedistribueerd consensusmechanisme gebruiken.
Uiteindelijk hangt de beste term af van de specifieke organisatie en het doel van het netwerk. |