Firewalls worden vaak op verschillende locaties binnen een privénetwerk geplaatst om verschillende niveaus van beveiliging en controle te bieden. Hier zijn de meest voorkomende plaatsingspunten:
1. Bij de netwerkperimeter (internet gateway):
* Doel: Dit is de eerste verdedigingslinie tegen externe bedreigingen. Het blokkeert ongeautoriseerde toegang van internet tot het private netwerk.
* Gemeenschappelijke typen: Hardware -firewalls, vaak geïntegreerd in routers of speciale firewall -apparaten.
2. Tussen subnetten of netwerksegmenten:
* Doel: Om verschillende delen van het netwerk te isoleren, om ongeoorloofde communicatie daartussen te voorkomen. Dit is vooral belangrijk voor gevoelige gegevens of kritieke systemen.
* Gemeenschappelijke typen: Hardware -firewalls, softwarefirewalls die op servers worden uitgevoerd of virtuele firewalls.
3. Op individuele apparaten:
* Doel: Om individuele computers en servers te beschermen tegen directe aanvallen. Dit zijn meestal softwarefirewalls.
* Gemeenschappelijke typen: Besturingssysteem Firewalls (zoals Windows Firewall of MacOS-firewall) of software-firewalls van derden.
4. In de cloud:
* Doel: Om cloudbronnen en applicaties te beveiligen.
* Gemeenschappelijke typen: Cloudgebaseerde firewalls aangeboden door cloudproviders, zoals AWS Firewall Manager of Azure Firewall.
5. Als een virtuele firewall:
* Doel: Om beveiliging en controle te bieden in gevirtualiseerde omgevingen. Ze worden meestal geïmplementeerd als virtuele machines.
* Gemeenschappelijke typen: Virtualiseerde hardware -firewalls of software -firewalls die op virtuele machines worden uitgevoerd.
De specifieke plaatsing van firewalls hangt af van de grootte en complexiteit van het netwerk, de beveiligingsvereisten en de beschikbare bronnen.
In het algemeen wordt een meerlagige benadering van firewall-implementatie aanbevolen voor optimale beveiliging. Dit omvat het plaatsen van firewalls op verschillende punten in het netwerk om een robuustere verdediging tegen aanvallen te creëren. |