Seriële poorten en COM-poorten zijn hetzelfde. De term "seriële poort" is de algemene naam voor een type communicatie-interface, terwijl "COM-poort" de naam is die door Microsoft Windows-besturingssystemen wordt gebruikt om naar seriële poorten te verwijzen.
Seriële poorten worden gebruikt om apparaten aan te sluiten die communiceren via een serieel protocol, een methode om gegevens bit voor bit via één draad te verzenden. Dit in tegenstelling tot parallelle poorten, die gegevens met acht bits tegelijk over acht draden verzenden.
Seriële poorten worden doorgaans gebruikt om apparaten zoals modems, printers en muizen op computers aan te sluiten. Ze kunnen ook worden gebruikt om verbinding te maken met andere apparaten, zoals embedded systemen en industriële apparatuur.
De term "COM-poort" komt uit de tijd dat personal computers voor het eerst werden geïntroduceerd. Destijds hadden de meeste computers slechts één of twee seriële poorten, die doorgaans werden aangeduid met "COM1" en "COM2". Naarmate computers krachtiger werden en er meer apparaten op werden aangesloten, nam het aantal seriële poorten op een computer toe en werden de COM-poortnummers uitgebreid naar "COM3", "COM4", enzovoort.
In Windows-besturingssystemen worden COM-poorten beheerd door de apparaatbeheerder van het besturingssysteem. Met Apparaatbeheer kunnen gebruikers de eigenschappen van COM-poorten bekijken, zoals hun baudsnelheid, databits, pariteit en stopbits. Gebruikers kunnen ook Apparaatbeheer gebruiken om COM-poorten in of uit te schakelen.
In sommige toepassingen worden nog steeds seriële poorten gebruikt, maar ze worden vervangen door USB-poorten, die veelzijdiger zijn en hogere gegevensoverdrachtsnelheden bieden. |