Wanneer meerdere exemplaren van een applicatie, zoals browsers, verbinding maken met dezelfde poort (bijvoorbeeld poort 80 voor HTTP-verkeer), gebruikt het besturingssysteem een mechanisme dat 'procesisolatie' wordt genoemd om onderscheid te maken tussen het verkeer van verschillende exemplaren.
Procesisolatie zorgt ervoor dat elk exemplaar van de applicatie als een afzonderlijk proces wordt uitgevoerd, en dat het besturingssysteem voor elk proces afzonderlijke netwerkverbindingen onderhoudt. Op deze manier kan het besturingssysteem het netwerkverkeer op de juiste manier naar de juiste applicatie-instantie routeren op basis van de proces-ID die aan elke verbinding is gekoppeld.
Bovendien implementeren moderne browsers vaak hun eigen mechanismen om meerdere gelijktijdige verbindingen met dezelfde poort af te handelen. Ze kunnen bijvoorbeeld technieken gebruiken als "connection multiplexing" of "keep-alive communications" om meerdere verzoeken efficiënt te beheren via een enkele TCP-verbinding.
Samenvattend werken het besturingssysteem en de applicatiespecifieke mechanismen samen om ervoor te zorgen dat het netwerkverkeer op de juiste manier wordt gesorteerd en naar de juiste applicatie-instanties wordt geleid, zelfs als meerdere instanties verbinding maken met dezelfde poort. |