Telnet is een legacy-protocol dat wordt gebruikt om verbinding te maken met externe computers en ermee te communiceren via een opdrachtregelinterface. Hoewel het meestal verouderd is vanwege het gebrek aan beveiliging, kan het begrijpen van hoe het werkt nog steeds nuttig zijn voor bepaalde taken.
Hier is een uitsplitsing van het gebruik van Telnet:
1. Telnet inschakelen
Telnet is om veiligheidsredenen vaak standaard uitgeschakeld. Om het te gebruiken, moet u het inschakelen:
* Windows:
* Open het "Configuratiescherm" en navigeer naar "programma's en functies."
* Klik op "Schakel Windows -functies in of uit."
* Scroll naar beneden en vink het vakje naast "Telnet -client" aan.
* Klik op "OK" en start uw computer opnieuw op.
* macOS:
* Telnet is meestal vooraf geïnstalleerd op macOS, maar u moet het mogelijk installeren als het niet beschikbaar is:
* Open "Terminal."
* Type `sudo -installatieprogramma -pkg /library/receipts/telnet.pkg -target /`
* Voer uw wachtwoord in wanneer u wordt gevraagd.
* Linux:
* Telnet is meestal opgenomen in de meeste Linux -distributies. Als dit niet het geval is, kunt u het installeren met behulp van uw pakketbeheerder (bijvoorbeeld 'sudo apt-get Install Telnet` op Debian-gebaseerde systemen).
2. Met behulp van Telnet
Nadat Telnet is ingeschakeld, kunt u het gebruiken om verbinding te maken met een externe server:
* Open een terminal of opdrachtprompt.
* Type `Telnet `en druk op Enter.
* hostnaam of IP -adres: Dit is het adres van de externe computer waarmee u verbinding wilt maken.
* poortnummer: Dit is de poort waartoe u toegang wilt hebben. De standaardpoort voor Telnet is 23.
* Als de verbinding succesvol is, krijgt u een opdrachtprompt op de externe server.
* Voer opdrachten in om te communiceren met de externe server. De beschikbare opdrachten zijn afhankelijk van de service die u toegang hebt.
Voorbeeld:
Om verbinding te maken met een server met de naam `example.com` op de standaard Telnet -poort 23, typt u:
`` `
telnet voorbeeld.com 23
`` `
3. Ontkoppelen van een telnet -sessie
Typ `exit` of` Quit` op de opdrachtprompt van de externe server en druk op ENTER en druk op ENTER.
Beveiligingsproblemen
Telnet verzendt gegevens in gewone tekst, waardoor het uiterst kwetsbaar is voor afluisteren en man-in-the-middle-aanvallen. Het wordt sterk aanbevolen om SSH (beveiligde shell) te gebruiken in plaats van telnet voor veilige externe toegang.
Alternatieven voor Telnet
* ssh (beveiligde shell): Dit is het voorkeursprotocol voor veilige externe toegang. Het codeert alle communicatie tussen uw computer en de externe server.
* Putty: Een populaire SSH -client voor Windows.
* Mobaxterm: Een krachtige terminal- en SSH -client voor Windows.
Opmerking: Telnet is nog steeds nuttig voor specifieke doeleinden, zoals het testen van netwerkconnectiviteit of toegang tot oude apparaten die alleen Telnet ondersteunen. Het moet echter met voorzichtigheid en alleen wanneer nodig worden gebruikt. |