In een Windows 2000 -werkgroep wordt de toegang tot een individueel werkstation voornamelijk gecontroleerd via de volgende mechanismen:
1. Gebruikersaccounts:
* Lokale gebruikersaccounts: Elk werkstation heeft zijn eigen lokale gebruikersaccounts. Toegangsmachtigingen worden verleend aan specifieke gebruikers voor verschillende bestanden, mappen en applicaties.
* Gedeelde bronnen: Gebruikers moeten de juiste machtigingen hebben op gedeelde mappen en printers om er toegang toe te krijgen. Deze machtigingen worden ingesteld op de afzonderlijke werkstations, niet centraal zoals in een domeinomgeving.
2. Instellingen delen:
* Bestand en printer delen: Door bestand en printer te delen op een werkstation in te schakelen, kunnen andere gebruikers op het netwerk toegang krijgen tot de bronnen.
* Deel machtigingen: Elke gedeelde map en printer heeft zijn eigen set machtigingen, die bepalen welke gebruikers er toegang toe hebben en welke acties ze kunnen uitvoeren (lezen, schrijven, enz.).
3. Firewall:
* Windows Firewall: De Windows -firewall fungeert als een barrière tussen het werkstation en het netwerk. Het kan de toegang tot specifieke poorten of services blokkeren, waardoor potentiële kwetsbaarheden worden beperkt.
* Firewalls van derden: Extra beveiliging kan worden toegevoegd met firewalls van derden en bieden meer gedetailleerde controle over netwerkverkeer.
4. Beveiligingsbeleid:
* Lokaal beveiligingsbeleid: Elk werkstation heeft zijn eigen lokale beveiligingsbeleid dat instellingen definieert met betrekking tot gebruikersaccounts, wachtwoorden, audit en meer.
* Groepsbeleid: Werkgroepen missen het gecentraliseerde beheer van groepsbeleid dat wordt gevonden in Active Directory -domeinen.
Belangrijke overwegingen:
* Geen gecentraliseerde toediening: In een werkgroep wordt het beheren van gebruikersaccounts, beveiligingsbeleid en het delen van machtigingen op elk werkstation afzonderlijk gedaan. Dit maakt het moeilijker om consistente beveiliging in het netwerk af te dwingen.
* Beperkte beveiliging: In vergelijking met een domeinomgeving hebben werkgroepen minder beveiligingsfuncties, waardoor ze kwetsbaarder worden voor beveiligingsbedreigingen.
Conclusie:
Het beheersen van de toegang tot een individueel werkstation in een Windows 2000 -werkgroep is sterk afhankelijk van de lokale configuratie en individuele werkstationinstellingen. Deze aanpak vereist meer handmatig beheer en biedt minder gecentraliseerde beveiliging in vergelijking met een op domeinen gebaseerde omgeving. |