Om het maximale aantal werkstations te bepalen dat een subnetmasker op een lokaal subnet kan ondersteunen, moet u het aantal beschikbare hostadressen berekenen. Het subnetmasker 255.255.240.0 vertegenwoordigt een Klasse C-netwerk met een /20 subnetmasker.
Zo berekent u het maximale aantal werkstations:
1. Converteer het subnetmasker naar binair:
Subnetmasker:255.255.240.0
Binair:11111111.11111111.11110000.00000000
2. Bepaal het aantal hostbits:
Het aantal hostbits is het aantal nullen in de binaire weergave van het subnetmasker. In dit geval zijn er 12 0-en.
3. Bereken het maximale aantal hosts:
Het maximale aantal hosts is 2^n - 2, waarbij n het aantal hostbits is.
2^12 - 2 =4.094 - 2 =4.092
Daarom kan het subnetmasker 255.255.240.0 maximaal 4.092 werkstations op een lokaal subnet ondersteunen. |