De RPC (Remote Procedure Call) model en de client-server model zijn beide gedistribueerde computermodellen waarmee clients toegang krijgen tot services die door servers worden geleverd. Er zijn echter enkele belangrijke verschillen tussen de twee modellen:
* In het RPC-model de client roept rechtstreeks een procedure op de server aan, en de server voert de opgegeven taak uit en stuurt het resultaat terug naar de client. Het RPC-model is daarom gebaseerd op het idee van het aanroepen van functies op afstand.
* In het client-servermodel de client stuurt een verzoek naar de server en de server verwerkt het verzoek en stuurt een antwoord terug. Het client-servermodel is daarom gebaseerd op het idee van het doorgeven van berichten.
Andere verschillen tussen het RPC-model en het client-server-model zijn onder meer:
* Modulariteit: Het RPC-model is modulairer dan het client-server-model, omdat het de client en server onafhankelijk van elkaar kan ontwikkelen. Het client-servermodel daarentegen vereist dat de client en de server nauw met elkaar zijn gekoppeld, omdat ze moeten communiceren via een specifiek protocol.
* Fouttolerantie: Het RPC-model is minder fouttolerant dan het client-server-model, omdat een storing van de server ertoe kan leiden dat de client zijn taak niet kan voltooien. Het client-servermodel daarentegen kan fouttoleranter worden gemaakt door technieken als replicatie en failover te gebruiken.
* Prestaties: Het RPC-model kan performanter zijn dan het client-server-model, omdat het de overhead van het doorgeven van berichten vermijdt. Het client-servermodel daarentegen kan efficiënter zijn in termen van bandbreedtegebruik, omdat het alleen de berichten verzendt die nodig zijn om de taak te voltooien.
Over het algemeen is het RPC-model een geschiktere keuze voor applicaties die hoge prestaties en modulariteit vereisen, terwijl het client-server-model een betere keuze is voor applicaties die fouttolerantie en efficiënt bandbreedtegebruik vereisen. |