Alan Kay wordt algemeen beschouwd als de uitvinder van de laptop. Kay was in de jaren zeventig computerwetenschapper en onderzoeker bij Xerox PARC. Hij werd geïnspireerd door het idee van een draagbare computer die door iedereen, waar dan ook, gebruikt kon worden. Kay's visie voor de laptop omvatte een grafische gebruikersinterface (GUI), een beeldscherm met hoge resolutie en een draagbaar toetsenbord. Hij ontwikkelde ook het concept van objectgeoriënteerd programmeren, een fundamenteel concept in de moderne informatica.
In 1972 bouwden Kay en zijn team bij Xerox PARC de Dynabook, die wordt beschouwd als de eerste laptopcomputer. De Dynabook was een prototypecomputer waarin veel van de functies waren verwerkt die Kay zich had voorgesteld. Het had een 12,7-inch scherm, een ingebouwd toetsenbord en een touchpad. De Dynabook had ook een aangepast besturingssysteem dat een grafische gebruikersinterface ondersteunde.
Hoewel de Dynabook nooit op de markt werd gebracht, maakte hij de weg vrij voor de ontwikkeling van de eerste commercieel succesvolle laptopcomputers. In 1981 werd de Epson HX-20 uitgebracht, de eerste laptop die voor het grote publiek te koop was. De HX-20 werd gevolgd door een reeks andere laptops van verschillende fabrikanten, en de markt voor laptopcomputers groeide snel.
Tegenwoordig zijn laptops een essentieel onderdeel van het moderne leven. Ze worden gebruikt voor werk, school, amusement en communicatie. Dankzij de visie en creativiteit van Alan Kay is de laptop uitgegroeid tot een van de belangrijkste technologische innovaties van de 20e eeuw. |