Er zijn verschillende opdrachten die u kunt gebruiken om de instellingen van de netwerkadapter in Ubuntu te controleren. Hier is een uitsplitsing van de meest voorkomende:
1. `ifconfig`:
* Deze klassieke opdracht toont gedetailleerde informatie over uw netwerkinterfaces, waaronder:
* IP -adres
* Mac -adres
* Netwerkmasker
* Uitzendadres
* MTU (maximale transmissie -eenheid)
* Status (omhoog of omlaag)
* Statistieken (ontvangen pakketten, verzonden, fouten)
Voorbeeld:
`` `bash
ifconfig
`` `
2. `ip a`:
* Dit is een modernere opdracht met een iets andere uitvoerstructuur, maar biedt vergelijkbare informatie als `ifconfig`.
* Het bevat ook informatie over routeringstabellen en andere netwerkconfiguraties.
Voorbeeld:
`` `bash
ip a
`` `
3. `nmcli`:
* Deze opdracht maakt deel uit van NetworkManager, een krachtig hulpmiddel voor het beheren van netwerkverbindingen.
* Het biedt een gebruiksvriendelijke interface voor het bekijken en configureren van netwerkadapters.
Voorbeeld:
* Om alle netwerkverbindingen te zien:
`` `bash
NMCLI Connection Show
`` `
* Om details van een specifieke verbinding te krijgen:
`` `bash
NMCLI -verbinding Toon
`` `
4. `lshw -c netwerk`:
* Deze opdracht toont hardware -informatie over uw netwerkadapters, waaronder:
* Apparaatnaam
* Fabrikant
* Model
* Fysieke en logische adressen (Mac en IP)
Voorbeeld:
`` `bash
LSHW -C -netwerk
`` `
De juiste opdracht kiezen:
* `ifconfig` of` ip a` zijn nuttig voor basisinformatie voor basisnetwerkinterface.
* `nmcli` is het beste voor het zien en configureren van netwerkverbindingen beheerd door NetworkManager.
* `lshw` is nuttig voor het verzamelen van hardware -informatie over uw netwerkadapters.
Laat het me weten als je nog andere vragen hebt! |