De laag van het OSI -model dat services levert waarmee gebruikers met het netwerk kunnen communiceren, is de applicatielaag (Laag 7).
Dit is waarom:
* Gebruikersinteractie: De applicatielaag is de bovenste laag en is direct verantwoordelijk voor interactie met de gebruiker. Deze laag biedt diensten zoals:
* Bestandsoverdracht: FTP, TFTP
* E -mail: SMTP, POP3, IMAP
* Webbrowsen: Http, https
* externe toegang: Telnet, SSH
* databasetoegang: SQL, Oracle
* Gegevensopmaak: De applicatielaag geeft gegevens op voor specifieke toepassingen en zorgt voor compatibiliteit tussen verschillende systemen.
* presentatielaag (laag 6): Hoewel niet direct gebruiker wordt gericht, werkt de presentatielaag nauw samen met de toepassingslaag om de weergave van de gegevens te verwerken (bijvoorbeeld codering, compressie) en ervoor te zorgen dat gegevens kunnen worden begrepen door de ontvangende toepassing.
In wezen is de applicatielaag de brug tussen gebruikers en de complexe netwerkinfrastructuur hieronder. Het biedt een gebruiksvriendelijke interface voor netwerkservices en vertaalt gebruikersverzoeken in netwerk-compatibele formaten. |