Het belangrijkste verschil tussen een Amerikaans QWERTY -toetsenbord en een Latijns -Amerikaans toetsenbord ligt in de plaatsing en opname van bepaalde geaccentueerde karakters die cruciaal zijn voor Spaans en Portugees. Terwijl beide de QWERTY -lay -out als basis gebruiken, voegt de Latijns -Amerikaanse lay -out sleutels toe of wijzigt hij deze geaccentueerde letters.
Hier is een uitsplitsing van de belangrijkste verschillen:
* Accenteerde tekens: Het belangrijkste verschil. Latijns -Amerikaanse toetsenborden bevatten toetsen of belangrijke combinaties om gemakkelijk geaccentueerde letters zoals Á, É, í, Ó, ú, ü, ñ en anderen die vaak in het Spaans en Portugees worden gebruikt te typen. Deze worden vaak toegankelijk door het gebruik van een dode toets (een sleutel die een accentmarkering activeert, waarvoor een tweede toets moet drukken om het teken te voltooien), of speciale toetsen met vooraf gecomponeerde geaccentueerde tekens. Een Amerikaans QWERTY -toetsenbord vereist meestal het gebruik van ALT -codes of andere omslachtige methoden om deze te typen.
* Variaties van de sleutelplaatsing: De specifieke plaatsing van deze geaccentueerde tekens varieert enigszins afhankelijk van het land (bijv. Mexico, Colombia, Brazilië). Er is geen enkele "Latijns -Amerikaanse" toetsenbordindeling; Er zijn regionale variaties. Ze willen echter allemaal typen geaccentueerde letters efficiënter maken dan op een standaard US -toetsenbord.
* Andere tekenvariaties: Sommige Latijns -Amerikaanse toetsenbordindelingen kunnen andere tekens omvatten die specifiek zijn voor bepaalde regionale talen of dialecten, hoewel dit minder gebruikelijk is dan de geaccentueerde karakterverschillen.
Kortom, hoewel de kern -QWERTY -lay -out hetzelfde blijft, past het Latijns -Amerikaanse toetsenbord het aan om de typervaring te verbeteren voor talen die geaccentueerde tekens uitgebreid gebruiken. Het gebruik van een Amerikaans toetsenbord voor Spaans of Portugees zou aanzienlijk minder efficiënt en frustrerend zijn. |