Piping is een mechanisme in op Unix gebaseerde besturingssystemen en scripttalen waarmee de uitvoer van een opdracht of programma kan worden gebruikt als invoer voor een andere opdracht of programma. Het wordt weergegeven door het verticale streepje (|).
Hier ziet u hoe leidingen werken:
1. U voert de eerste opdracht of het eerste programma uit.
2. De uitvoer van het eerste commando wordt via de pipe verzonden.
3. De uitvoer van de pipe wordt vervolgens gebruikt als invoer voor het tweede commando of programma.
Hierdoor kunt u meerdere opdrachten aan elkaar koppelen om complexe taken uit te voeren. U kunt bijvoorbeeld leidingen gebruiken om:
* Filter de uitvoer van één opdracht met een andere opdracht.
* Stuur de uitvoer van één opdracht naar een bestand.
* Geef de uitvoer van het ene commando als argument door aan een ander commando.
Hier is een voorbeeld van hoe leidingen kunnen worden gebruikt:
```
$ls | grep ".txt"
```
In dit voorbeeld geeft het commando `ls` alle bestanden in de huidige map weer. De uitvoer van `ls` wordt vervolgens doorgestuurd naar het `grep`-commando, dat de uitvoer filtert en alleen de regels afdrukt die ".txt" bevatten.
Piping is een krachtig hulpmiddel dat kan worden gebruikt voor het uitvoeren van een breed scala aan taken. Het is een essentiële vaardigheid voor iedereen die op Unix gebaseerde besturingssystemen of scripttalen gebruikt. |