Hier is een overzicht van hun functie:

* Vertaling: Hardwareapparaten hebben hun eigen unieke manieren om te communiceren (verschillende protocollen, registers, enz.). Apparaathandlers vertalen de generieke I/O-verzoeken van het besturingssysteem naar de specifieke opdrachten en gegevensformaten die de hardware begrijpt, en omgekeerd. Ze behandelen de details op laag niveau van de interactie met het apparaat.

* Abstractie: Ze abstraheren de complexiteit van hardware van het besturingssysteem en de applicaties. Programmeurs hoeven niet precies te weten hoe een bepaalde harde schijf of printer werkt; ze kunnen standaard OS-functies gebruiken om ermee te communiceren, en de apparaathandler verzorgt de onderliggende hardwarecommunicatie.

* Bronnenbeheer: Apparaathandlers beheren bronnen die aan het apparaat zijn gekoppeld, zoals interrupts, Direct Memory Access (DMA)-kanalen en I/O-poorten. Ze zorgen ervoor dat meerdere applicaties het apparaat zonder conflicten kunnen delen.

* Foutafhandeling: Ze detecteren en verwerken fouten die optreden tijdens I/O-bewerkingen en rapporteren deze aan het besturingssysteem. Dit kan het opnieuw proberen van bewerkingen inhouden, of het melden van een fout aan de toepassing.

* Onderbrekingsafhandeling: Wanneer een apparaat een bewerking voltooit of aandacht nodig heeft, genereert het een interrupt. De apparaathandler reageert op deze interrupts, verwerkt de gegevens en geeft het besturingssysteem een ​​signaal om door te gaan.

Voorbeeld:

Stel je voor dat je een document wilt afdrukken. Uw toepassing stuurt een afdrukverzoek naar het besturingssysteem. Het besturingssysteem gebruikt vervolgens de juiste apparaathandler (het printerstuurprogramma) om dit verzoek te vertalen in de opdrachten die door uw specifieke printer worden begrepen (bijvoorbeeld HP LaserJet, Epson-inkjet). Het stuurprogramma communiceert met de printer, verzendt de af te drukken gegevens, beheert foutcondities en informeert het besturingssysteem (en mogelijk uw toepassing) wanneer het afdrukken is voltooid.

Kortom, I/O-apparaathandlers zijn essentieel om de uiteenlopende reeks randapparaten die op een computer zijn aangesloten, bruikbaar en beheersbaar te maken door het besturingssysteem en de applicaties. Zonder hen zou elke applicatie geprogrammeerd moeten worden om rechtstreeks met elk apparaat te communiceren, een veel complexere en foutgevoeligere taak.