De term die wordt gebruikt om alle invoer- en uitvoerapparaten in een computersysteem te definiëren, is perifere apparaten .
Hier is een uitsplitsing:
* perifeer betekent "aan de rand" of "extern" en verwijst naar elk apparaat dat is aangesloten op een computer die geen deel uitmaakt van de Central Processing Unit (CPU).
* invoerapparaten zijn degenen waarmee gebruikers gegevens of instructies in de computer kunnen invoeren (bijvoorbeeld toetsenbord, muis, scanner).
* Uitvoerapparaten zijn degenen die gegevens weergeven of presenteren die door de computer worden verwerkt (bijv. Monitor, printer, luidsprekers).
Daarom omvatten perifere apparaten zowel input- als uitvoerapparaten en omvatten een breed scala aan componenten waarmee gebruikers informatie kunnen hebben en informatie van de computer kunnen ontvangen. |