Controleer of er verkeerd gespelde woorden zijn en zorg ervoor dat ze geschikt zijn voor de context.

2. Grammaticafouten

Controleer op eventuele fouten in de grammatica, zoals onjuiste interpunctie, slechte zinsstructuur of onduidelijk woordgebruik.

3. Opmaakfouten

Controleer op eventuele opmaakfouten, zoals een onjuist lettertype, lettergrootte of spatiëring.

4. Nauwkeurigheid van inhoud

Controleer of alle informatie in de tekst juist en actueel is.