Intel-processors "ondersteunen" niet inherent gegevenstypen zoals een programmeertaal dat doet. De processor werkt met bits; de programmeertaal en de compiler bepalen hoe die bits worden geïnterpreteerd als verschillende gegevenstypen. De architectuur van de processor *beïnvloedt* echter welke gegevenstypen efficiënt worden verwerkt.
Het aantal bits dat wordt gebruikt om een gegevenstype weer te geven, hangt af van de instructiesetarchitectuur (ISA) – voornamelijk x86-64 in moderne Intel-processors – en de specifieke compiler en programmeertaal. Er is geen eenduidig antwoord, omdat dit enigszins kan variëren, afhankelijk van de optimalisaties van de compiler en de details van het besturingssysteem.
Hier is een algemeen overzicht van veel voorkomende gegevenstypen en hun typische groottes in bits op x86-64-architecturen (zoals die worden gebruikt door de meeste Intel Core-processors):
* Gehele getallen:
* `char`:Typisch 8 bits (met of zonder handtekening)
* `kort`:typisch 16 bits (met of zonder handtekening)
* `int`:Typisch 32 bits (ondertekend of niet-ondertekend)
* `lang`:doorgaans 64 bits (met of zonder handtekening)
* `lang lang`:doorgaans 64 bits (met of zonder handtekening)
* Getallen met drijvende komma:
* `float`:typisch 32 bits (enkele precisie)
* `dubbel`:Typisch 64 bits (dubbele precisie)
* `long double`:doorgaans 80 bits (uitgebreide precisie, hoewel implementatiedetails kunnen variëren; soms geëmuleerd als 64 bits)
* Aanwijzingen:
* Pointers zijn geheugenadressen. Op een 64-bits architectuur zoals x86-64 zijn ze doorgaans 64 bits lang.
* Booleaanse waarden:
* De grootte van een Booleaans type is afhankelijk van de compiler, maar neemt vanwege de efficiëntie vaak 1 byte (8 bits) in beslag, ook al is logischerwijs slechts 1 bit nodig.
Belangrijke overwegingen:
* Invloed van de compiler: De compiler speelt een cruciale rol bij het bepalen van de omvang en representatie van gegevenstypen. Verschillende compilers (zoals GCC, Clang, MSVC) kunnen enigszins verschillende standaardwaarden of optimalisaties hebben, hoewel standaarden (zoals C++ en C-standaarden) de mogelijkheden beperken.
* Besturingssysteem: Het besturingssysteem speelt ook een ondergeschikte rol, omdat dit zaken als de geheugenuitlijning kan beïnvloeden.
* SIMD-instructies: Intel-processors ondersteunen SIMD-instructies (Single Instruction, Multiple Data) die werken op gegevensvectoren. Deze kunnen tegelijkertijd aan meerdere data-elementen werken, waardoor de verwerking van arrays en vergelijkbare datastructuren aanzienlijk wordt versneld. De grootte van deze vectortypen wordt gedefinieerd door de specifieke gebruikte SIMD-instructies (bijv. SSE, AVX, AVX-512). Dit zijn niet direct door de gebruiker programmeerbare gegevenstypen op dezelfde manier als `int` of `float`.
Samenvattend:hoewel de Intel-processor in principe bits verwerkt, wordt de weergave van datatypen in bits bepaald door een combinatie van de architectuur (x86-64), de programmeertaal, de compiler en soms zelfs het besturingssysteem. De bovenstaande tabel biedt een algemene richtlijn, maar raadpleeg de documentatie van uw specifieke compiler voor precieze details. |